Let love talk! Weet jij welke liefdestaal jijzelf, jouw partner én kind spreekt?

20 februari 2025

This is a subtitle for your new post

Leven is leren - net zoals elke relatie dat is. In alle eerlijkheid kan ik zeggen dat mijn man en ik de afgelopen periode in een uitdagende leercurve zaten. Niet makkelijk, wel heel waardevol. Het drukt enerzijds op persoonlijke pijnen en gedragingen, maar opent anderzijds deuren naar ontwikkeling en verbinding. Helpend hierin zijn de vijf liefdestalen van Gary Chapman, relatiepsycholoog uit Amerika. Interessant voor eigenlijk alle relaties: van partner-partner tot ouder-kind. Bekend of onbekend met deze manier van communiceren? In beide gevallen zeg ik: zeker doorlezen. Want: we trekken ‘m door naar zeven talen - mét heldere voorbeelden per doelgroep. Let’s talk!


Zelfliefde op #1

Laten we beginnen bij het begin: zelfliefde. Letterlijk het begin trouwens, want voordat je vol overgave liefde kan geven aan een ander, is het belangrijk dat je éérst van jezelf houdt. Dat je jezelf in grote lijnen accepteert, respecteert en leuk vindt. Houd je niet van jezelf? Dan kan het lastig worden om een relatie te onderhouden. Dat heeft onder andere te maken met het feit dat zelfliefde ervoor zorgt dat je beter grenzen kan stellen en bewaken. Dat je weet wat je (niet) nodig hebt, waar je je (niet) goed bij voelt en wat ‘liefde’ überhaupt voor jou betekent. Met een sterk gevoel van eigenwaarde, ben je minder op zoek naar bevestiging en ben je bereid liefde te geven vanuit zelfgenoegzaamheid, in plaats van gebrek. Ook: je geluk is niet volledig afhankelijk van de ander, je bent minder snel jaloers/onzeker én hebt meer emotionele veerkracht in lastigere tijden. Dus… voordat we écht aftrappen: ga eens na hoe het zit met jouw liefde voor jezelf. Zijn er stappen te zetten? Gun jezelf dan… die liefde.


Je eigen liefdestaal vs. de liefdestaal van de ander

Als je van jezelf houdt, heb je helder wat goed voor je is. Wat bij je past en waar je verlangens liggen. Dat brengt me bij jouw eigen liefdestaal - niét te verwarren met de liefdestaal van je partner of kind. Jouw eigen liefdestaal is de vertaling van hoe jij jezelf het meest geliefd voelt. Wat je hiervoor nodig hebt. Oftewel: hoe jij liefde het beste kan geven en ontvangen. De liefdestaal van je partner/kind is logischerwijs de manier waarop hij/zij liefde het beste kan geven en ontvangen. In veel relaties ‘spreken’ beide schakels een andere liefdestaal. Dat betekent dat ze liefde anders geven en nemen. Het kan bijvoorbeeld zijn dat jij je intens geliefd voelt als je een knuffel krijgt (lichamelijk contact), terwijl je partner dat juist voelt tijdens een goed gesprek (aandacht/tijd). Je kind kan daarentegen die liefde extra voelen als je een complimentje geeft (warme woorden). Weet je niet zo goed welke liefdestaal je partner spreekt? Doe los van elkaar de test van Happinez (1 overkoepelende vraag, tien keuzes) of de iets uitgebreidere van Truity (twaalf vragen, zeven liefdestalen) en praat erover. Vind je het lastig om in te schatten bij je kind? Probeer dan de verschillende liefdestalen (die later volgen) eens uit. Je voelt dan vanzelf aan wat werkt, wat minder en wat niet. 


Verbinden? Spreek andermans love language 

Je raadt het al: wil je verbinden met de ander, dan is het nodig dat je zijn/haar liefdestaal spreekt. Het is namelijk een valkuil om je eigen liefdestaal op de ander te projecteren. Laten we het voorbeeld van hierboven nemen. Jij gaat helemaal ‘aan’ op die knuffel en vult voor je partner in dat deze datzelfde gevoel ervaart. Je geeft de hele dag door knuffels, terwijl hij/zij dat een beetje overdreven vindt. Je partner kan daardoor geïrriteerd op een knuffel reageren (of helemaal niet), waardoor jij onbegrip voelt. Maar… spreek je zijn/haar liefdestaal, dan snap je dat de ‘aan’-knop dat goede gesprek is. Tuurlijk, dan kan je alsnog die knuffels geven, maar misschien niet in overdaad. Combineer je eigen liefdestaal met zijn/haar liefdestaal, en knoop zelf eens een mooi gesprek aan. Schenk een goed glas wijn in, zet wat lekkers neer en reserveer een avond voor mooie gesprekken. Toon interesse, heb een luisterend oor en let that love do the talking. Je zal merken dat er een opening komt, omdat je zijn/haar liefdestaal spreekt. En het mooie? Als je je eigen liefdestaal kent, maar ook die van de ander, dan vind je elkaar in het midden. Want: als jij zijn/haar taal spreekt (goed gesprek), zal dat sneller leiden tot het spreken van jouw liefdestaal (knuffel). Win-win dus!


Ie-de-reen spreekt de taal van de liefde!

Goed nieuws: we spreken állemaal de taal van de liefde! Ja, ieder alleen wél op zijn eigen manier. Dat betekent ook dat in élke relatie (verschillende) liefdestalen zijn. Of het nu om de relatie met je partner gaat, die met je kind of met je beste vriend(in). Want: we willen allemaal gehoord en gezien worden - en hebben daarin allemaal onze eigen behoeften. Dat maakt de liefdestalen van Chapman een ware goudmijn voor het leven. Als je het mij vraagt dan. ;-) In deze blog focus ik op de relaties die passen binnen mijn werk (hieronder opgesomd). Bij elke liefdestaal zal ik per doelgroep korte en krachtige voorbeelden aanhalen, om de input zo begrijpelijk mogelijk over te brengen.


  • Partner-partner
  • Ouder-jong kind
  • Ouder-tiener


De 7 liefdestalen van Chapman en Truity

Met bovenstaande kennis over zelfliefde, je eigen liefdestaal en die van de ander, is het tijd om de specifieke liefdestalen te behandelen. Zoals gezegd is Gary Chapman de grondlegger van het principe van de vijf liefdestalen. Volgens hem zijn dit dé manieren waarmee mensen liefde aan elkaar uiten. Overigens kan het zijn dat er niet één, maar meerdere liefdestalen bij je passen. Daarop vult Truity - een Amerikaans bedrijf dat hoogwaardige persoonlijkheidstesten ontwikkelt - aan dat het ook zomaar kan zijn dat je je in geen van de vijf talen kan vinden. Met die wetenschap deed zij haar eigen kwalitatieve onderzoek, waaruit twee extra liefdestalen vloeiden. Hieronder behandel ik eerst de vijf liefdestalen van Chapman - waarna ik afsluit met twee extra varianten van Truity. 


1. Warme woorden

Het uitspreken van positieve woorden, complimentjes, lof of lieve zinnen zoals ‘ik waardeer je’. Tuurlijk: uitspraken als deze zijn voor iedereen een feestje. Kritiek en negativiteit worden over het algemeen als niet fijn ervaren. Toch lopen mensen met deze liefdestaal éxtra warm voor deze woorden.


Partner-partner

Spontaan ‘ik hou van je’ zeggen, je waardering uitspreken voor het fixen van dat probleem of aangeven hoe knap je het vindt hoe hij/zij op werk presteert. Hier wordt jouw partner megablij van, als dit zijn/haar liefdestaal is. Zorg er wel voor dat het oprecht is. Je lief is niet op ‘t achterhoofd gevallen en voelt wanneer iets niet gemeend is. Oprechtheid wint. Altijd.


Ouder-jong kind

Met name bemoedigende woorden zijn positieve ‘brandstof’ voor je kindje. Bij een eerste keer bijvoorbeeld (“Wat fijn, dat je eerste schooldag zo goed ging!”) of toejuichende uitspraken die moed geven (“Ik geloof in jou, schat. Jij kan dit!”). Laat vooral ook je gevoel spreken en uit je liefde (“Ik vind je lief”). Maar let op: hang hier geen voorwaarden aan (“Ik vind je lief, máár wel als je X doet”). Straffen en belonen werken namelijk averechts.


Ouder-tiener

Tieners hebben het nodig om erkend te worden in dat wat ze doen/behalen. Denk aan goede cijfers, sportprestaties of persoonlijke groei. Hun zelfbeeld is vol in ontwikkeling, waar jij als ouder een belangrijke rol in speelt. Complimenten als ‘ik ben trots op je!’, ‘wat zie je er leuk uit’ en ‘fantastisch wat je gepresteerd hebt’ versterken hun gevoel van eigenwaarde. Voor elke tiener belangrijk, maar voor sommigen een beetje extra. Ook hierbij geldt: houdt het oprecht en blijf weg van voorwaardelijke uitspraken (maar/als). Houd straffen en belonen dus buiten de deur.


2. Oprechte aandacht en tijd

Iets leuks doen met elkaar, een goed gesprek met elkaar voeren en de telefoons een avondje opbergen. Bij deze liefdestaal gaat het erom dat je oprechte aandacht voor elkaar hebt. Kwalitatieve tijd met elkaar doorbrengen, zonder dat je aandacht bij 1001 andere dingen is. Iemand die deze taal vloeiend spreekt, zal jou door deze moves nóg meer waarderen. Zéker in een wereld waarin we steeds meer rennen, ‘moeten’ en willen.


Partner-partner

Spreekt jouw partner deze taal, dan maak je hem/haar éxtra blij met het tonen van interesse. Vraag eens uit jezelf hoe het écht gaat, waar deze behoefte aan heeft en of je iets voor hem/haar kan betekenen. Ook zal een verrassing in de vorm van een dagje weg goed vallen - net zoals dat je zelf voorstelt om een romantisch avondje thuis met elkaar door te brengen. Zonder telefoons, mét oprechte aandacht.


Ouder-jong kind

Sla die laptop eens dicht, zet die tv eens uit en laat dat huishouden eens een dagje voor wat het is. Er gaat écht niemand dood als je de boel even de boel laat - en je aandacht aan je kind geeft. Dit hoeft niet altijd een hele dag te zijn (speeltuin of theater), maar kan ook een korter moment zijn. Denk aan liefdevol oogcontact, oprecht luisteren naar de schoolavonturen, samen een spelletje spelen of met elkaar eten (maken). Deze oprechte momenten zijn juist de momenten dat verbinding ontstaat. 


Ouder-tiener

Tieners ontwikkelen diepe relaties met de mensen die hen oprechte aandacht geven - zéker in een wereld waar social media (= onpersoonlijk en vlug) leading is. Ze waarderen het als ze de onverdeelde aandacht krijgen. Door het samen kijken van een film bijvoorbeeld, het met elkaar doorspreken van de dag of het bezoeken van een pretpark bijvoorbeeld. Quality time dus. Zonder afleiding en met - daar is ‘ie weer - oprechte aandacht.


3. Cadeautjes uit liefde

Het krijgen van een lief kaartje, een grote bos bloemen of een zelf in elkaar geknutseld gebaar. Het ontvangen van iets uit liefde voelt als een cadeautje. Eigenlijk zegt zo’n gebaar dat er aan je gedacht wordt. Dat je ertoe doet. Dat je het waard bent. Het gaat hier niet om de grootte, maar vooral om de oprechtheid. Waardering die we allemaal nodig hebben, maar als je deze taal spreekt, nog een beetje meer.


Partner-partner

Is jouw partner gevoelig voor cadeautjes, dan is dit dé manier om daar op in te spelen. Dat kan zijn op belangrijke momenten zoals een verjaardag of jubileum, maar ‘spreekt’ juist éxtra op de onverwachte momenten. Zomaar een bloemetje sturen bijvoorbeeld, tijdens het shoppen dat paar schoenen cadeau geven of een lief kaartje in de tas verstoppen. Een tastbare manier van liefde tonen dus, zonder dat het veel hoeft te kosten. Nou ja… niet veel geld. Wél veel liefde. ;-)


Ouder-jong kind

Voor sommige kinderen - zeker zij die deze taal vloeiend spreken - is het krijgen van een cadeautje een intense uiting van liefde. Denk aan die cadeautjes onder de kerstboom of op zijn/haar verjaardag. Dat betekent niet dat je wekelijks met een zak cadeaus hoeft klaar te staan. Integendeel! Pluk een bloemetje voor je kind, plak een sticker op de schooltas of doe een lief kaartje in de broodtrommel. Laat voelen dat het recht uit je hart komt. Dat is namelijk precies hoe je dat andere hart raakt. Via liefde in een doosje. Of omhuld met inpakpapier.


Ouder-tiener

Voor tieners kan een cadeau voelen als waardering. Het draagt het gevoel van ‘gezien worden’ over. Ook hierin gaat het niet om het prijskaartje. Zeker deze doelgroep, die een stukje bewuster is dan jongere kids, waardeert gepersonaliseerde presentjes extra. Denk aan het maken van die favoriete maaltijd, het geven van dat ene langverwachte kettinkje of het verrassen met tickets (voor twee ;-)) voor het concert van die favoriete band. Ken je kind - en speel in op dat waar zijn/haar hartje sneller van gaat kloppen.


4. Dienstbaarheid

Ergens bij helpen, je hulp aanbieden of zeggen “Hey, dit doe ik wel even voor je!”. Het zijn manieren van dienstbaarheid om (vaak) praktische zaken makkelijker te maken. Zeker mensen die niet snel om hulp vragen - maar deze taal wel spreken - krijgen direct een glimlach van zulke acties. Iets doen voor een ander dus, zonder iets terug te verwachten. Da’s liefde - zonder voorwaarden. 


Partner-partner
Het kan zomaar zijn dat jouw partner niet zo snel om hulp vraagt, maar diep van binnen wel naar die hulp verlangt. En hoe fijn is het als jij deze helpende hand kan bieden, zonder dat je partner zich bezwaard voelt om het te vragen? Spring eens wat vaker bij in het huishouden, stel voor dat jij de kids deze week wat vaker naar bed brengt of bied aan om de boodschappen te doen en lekker te koken. Spontaan - of juist in tijden van drukte: het zal hoe dan ook goed ontvangen worden. 


Ouder-jong kind
Samen in de tuin werken, bijspringen in het maken van huiswerk of je kind helpen met leren schrijven. Jonge kinderen - en met name zij die deze liefdestaal spreken - vinden het gevoel van geholpen worden heerlijk. Het geeft de boodschap dat je van ze houdt - en dat ze het waard zijn. En het mooie? Als jij dit doet, is de kans groot dat ze vanzelf ook klusjes gaan oppakken. In het huishouden bijvoorbeeld. Iets met het geven van het goede voorbeeld…


Ouder-tiener

Die sportkleding klaarleggen, helpen met het voorbereiden van die toets of die kapotte fiets repareren. Tieners die deze taal spreken, voelen zich extra geliefd als iemand voor hen de handen uit de mouwen steekt. Dat wordt gewaardeerd in alledaagse dingen, maar zeker ook tijdens moeilijke situaties. Denk aan een toetsweek, als je kind sociale verwachtingen voelt of verdrietig is om iets.


5. Lichamelijke aanraking

Een warme knuffel, een kusje op het voorhoofd of gewoon even een hand op die schouder. Mensen die deze liefdestaal spreken, maak je extra blij met oprechte vormen van fysiek contact. Niet zozeer op verzoek, maar het liefst spontaan en echt vanuit je hart. En natuurlijk: op een manier waarvan jij weet dat diegene het fijn vindt. Wat de een namelijk fijn vindt, hoeft de ander weer niet prettig te vinden. Know your loved ones.


Partner-partner

Spreekt jouw partner deze lichamelijke liefdestaal - en jij iets minder? Dan kan het zijn dat hij/zij vaker dan jij behoefte heeft aan seks. Of misschien wel gewoon aan een knuffel of een arm om hem/haar heen. Het kan lastig zijn om deze taal te spreken, als je het niet voelt. Toch leert de praktijk dat oprechte aandacht, luisteren en oefenen veel kan brengen. Dat kan al een simpele ‘ik kruip lekker tegen je aan op de bank’ zijn bijvoorbeeld. Of een kleine aanraking, als jullie aan het koken zijn. Kleine stapjes vormen samen één grote stap. 


Ouder-jong kind
De kieteldood geven (wel met respect voor grenzen), knuffelen op de bank of een ouderwets potje stoeien. Kinderen met extra behoefte aan lichamelijk contact, maak je blij met zulke handelingen. Je hoeft écht niet altijd uren te knuffelen (dat mág natuurlijk wel ;-)), soms is een simpele aai over de bol al genoeg. Ken je kind en voel aan wat hij/zij fijn vindt. Forceer lichamelijk contact nooit, zeker niet bij kinderen. Het moet altijd veilig, oprecht en vertrouwd voelen.


Ouder-tiener
Sommige tieners hebben net dat beetje extra fysieke aandacht nodig, om zich emotioneel gesteund te voelen. Dat kan een troostende knuffel zijn als deze verdrietig is, het vasthouden van de hand tijdens die wandeling of een kus op de wang bij een afscheid. Het geeft het gevoel van comfort en zekerheid. Maar… ook hierbij geldt: weet wat je kind prettig vindt. Forceren is nooit een goed idee, invoelen wel.


6. Intellectuele stimulatie (aangevuld door Truity)

Het waarderen van intelligentie, het respecteren van iemands mening en het deelnemen aan discussies die voor hem/haar belangrijk zijn. Iemand die de liefdestaal van intellectuele stimulatie spreekt, heeft extra de behoefte om te verbinden via de geest. Net zoals bij #2 gaat het dus om oprechte aandacht, maar dan wel specifiek op breinniveau.


Partner-partner

Het doen van fijne dingen samen is leuk, maar in dit geval heeft je partner net iets meer nodig dan dat. Deze waardeert het als je luistert naar zijn/haar verhalen over werk en vindt het nóg fijner als je deelneemt aan dit gesprek. Yep, interesse tonen. En ook al liggen jullie misschien niet helemaal op een lijn als het gaat om politieke voorkeuren of maatschappelijke zaken, het oprecht luisteren en respect tonen: daarmee maak je écht een groot verschil.


Ouder-jong kind

Even over dat intellectuele gesprek met je kind van vier hè…. grapje natuurlijk. Je snapt dat we deze lekker skippen. ;-)


Ouder-tiener

Bij tieners hangt het er echt van af hoe ver ze zijn in hun ontwikkeling en waar ze zich mee bezig houden. Het kan bijvoorbeeld zijn dat jouw veertienjarige zoon of dochter misschien wel heel erg bezig is met een maatschappelijk topic (body shaming, genderdiscriminatie, social media, etc.). Als ouder is het belangrijk dat je hier oor voor hebt en laat zien dat deze manieren van denken welkom zijn. Gevoelens erkennen dus, zodat je kind de ruimte krijgt om zich te ontwikkelen vanuit zijn/haar eigen waarden. Authentiek kan opgroeien.


7. Emotionele support (aangevuld door Truity)

Contact maken wanneer iemand het moeilijk heeft, ondersteunen in lastige situaties en voor iemand zorgen als die (onuitgesproken) behoefte daar is. Deze laatste liefdestaal focust wederom op het met elkaar doorbrengen van tijd, maar wel op emotioneel vlak. Op momenten dat iemand het écht nodig heeft - en jij dus een verschil kan maken.


Partner-partner
Struggelt je partner met zichzelf, gaat deze door een lastige periode of heeft deze een flinke tegenslag moeten incasseren? In dit geval snakt hij/zij naar emotionele connectie met jou. Dat jij probeert te begrijpen hoe diegene zich voelt - en zo verbinding maakt. Ook help je je partner door in deze periode extra zorg te geven. Daarmee zeg je eigenlijk: “Ik snap dat je het nodig hebt, dus je krijgt het van me”. Ofwel, invoelen zonder per se fysiek te worden. 


Ouder-jong kind
Elk kind heeft behoefte aan erkenning, met name op emotioneel niveau. Is je kind verdrietig omdat deze is gevallen? Is ‘ie afgewezen op school? Of misschien wel verward omdat er iets vervelends is gebeurd? Probeer je in te leven in je kind - zonder te oordelen of de aandacht naar jezelf toe te trekken. Laat zien dat je deze gevoelens er mogen zijn - en dat erover gepraat mag worden. En wil je kind niet praten? Voel dan vanuit emotionele verbinding aan wat hij/zij wél nodig heeft.

Ouder-tiener
Tieners zitten vol in hun ontwikkeling en daarin zijn wij als ouders belangrijke begeleiders. Is de verkering uit? Zeg niet dat ‘je daar wel overheen komt’, maar laat zien dat je het oprecht vervelend vindt. Zijn/haar verdriet snapt. Heeft hij/zij een vervelende comment onder een foto op social media gekregen? Wuif het niet weg onder de noemer ‘niks van aantrekken joh’, maar ga het gesprek aan en luíster waarom dit hem/haar zo raakt. Wat het échte gevoel eronder is. Op die manier geef je aan dat alle gevoelens er mogen zijn - waardoor je kind de ruimte krijgt om helemaal zichzelf te zijn - en ook zo op te groeien.


GevoelsRijke afsluiter: spreek jij je eigen liefdestaal, maar ook die van je (kleine) geliefde? Dan hoor je niet alleen jezelf, maar ook de ander. Hét recept voor een liefdevolle relatie! Eentje waarin je met elkaar werkt aan het verdiepen van jullie verbinding en oog voor elkaar hebt. Nogmaals: verwacht niet van jezelf dat je altijd maar dezelfde liefdestaal als je partner en/of kind spreekt. Verschillen hierin zijn heel gezond - maar tegelijkertijd ook een teken dat het belangrijk is om elkaar goed te kennen. Zéker als partners onder elkaar. Beweeg een beetje naar elkaar toe - om zo samen in het midden uit te komen. Want onthoud: liefde gaat niet zozeer over hetzelfde zijn, maar meer om de wil om elkaar ook in de verschillen te accepteren. Iets met hier en daar een scheutje water bij de wijn doen.


door Kimberley Roerdink 21 februari 2025
‘Op de rotonde, neem de eerste afslag’. Als we het over rotondes hebben, is de kans groot dat je jouw navigatie deze zin hoort optrommelen. Vandaag wil ik het met je hebben over een andere variant, namelijk de frustratierotonde. Een rotonde die iets meer uitleg nodig heeft en focust op - je raadt het al - frustratie. Niét in het verkeer dus, maar voornamelijk in dagelijkse situaties (bij kinderen). Het is een metafoor die ik veel gebruik in mijn werk, om ouders op een simpele en beeldende manier de werking van frustratie uit te leggen. Of het écht werkt? Oordeel zelf… Wat is frustratie eigenlijk - en wat vertelt het ons? Frustratie speelt op op het moment dat we het ergens niet mee eens zijn. Denk aan een situatie die anders loopt, iemand die een tegenstrijdige mening geeft of iets wat niet lukt of mag. Frustratie zien we niet als schuld van een ander of onszelf, maar als een signaal dat afstand nemen nodig is. Om de verschillende gevoelens die je tegelijkertijd voelt, te ervaren. Want: frustratie is weer wat anders dan boosheid of verdriet bijvoorbeeld, maar alle emoties kunnen wel tegelijkertijd opspelen. Het mooie aan frustratie? Het geeft ons het vermogen om iets te veranderen. Soms aan de situatie, maar vaak ook iets in onszelf (acceptatie). Je snapt natuurlijk wel dat frustratie meerdere kanten op kan schieten. Want: hoe je reageert op een situatie, en of gevoelens écht aangekeken worden, bepaalt de groei of slinking van die frustratie. Zo zien we vaak dat ouders frustratie bij hun kind proberen te fixen via het uitdelen van straffen en het strooien met dreigementen. Ook is het inzetten van een time-out een hele populaire ‘oplossing’. Allemaal manieren die voorbij de échte oplossing (gevoelens zien en snappen) gaan - en gefocust zijn op het gedrag (de uiting van die gevoelens). Lees dus zeker de gelinkte artikelen even. Waardevolle kost ter aanvulling op de input uit deze blog. Wanneer frustratie nog ‘klein’ is Frustratie begint relatief gezien altijd ‘klein’. Dat klinkt misschien gek, maar hoe we ermee omgaan, bepaalt hoe groot deze frustratie wordt. Kijk maar eens naar een eigen situatie, bijvoorbeeld wanneer je kind gefrustreerd raakt omdat dat ene speeluitje eindigt. Grote kans dat het start met het opzetten van een sip gezicht. Vaak komen tranen of moeilijk gedrag pas later. Nadat er een respons is gekomen, bijvoorbeeld in de vorm van een niet-leuke reactie of een antwoord dat de gevoelens van het kind (onbewust) negeert. Ook in ouderlijke situaties start je frustratie vrijwel nooit op het kookpunt. Stel, je hebt een woordenwisseling met je partner. Frustratie groeit wanneer je niet naar elkaar luistert, je het gevoel hebt dat je gevoelens niet gezien worden en stemmen worden verheft. Draai je deze zaken om, dan neemt de frustratie juist áf. Het is maar nét welke afslag je pakt. Iets met een rotonde. ;-) Gefrustreerd over frustratie zijn zorgt voor nóg meer frustratie Zoals hierboven al uitgelegd, zorgt frustratie over frustratie voor nog meer frustratie. Daarmee bedoel ik eigenlijk dat het waardevol is als we - kinderen en ouders - onze frustraties leren begrijpen. Grip krijgen op onze emoties en voelen wat we voelen. Willen we dit kunnen, dan is het noodzakelijk dat we de uitzichtloosheid van frustratie ervaren - en er niet aan voorbij gaan. Het verdriet voelen. Want: het maakt niet uit wat je doet, sommige situaties zijn zoals ze zijn. Eigenlijk een soort mini-rouwproces, waarbij je bewust naar binnen keert en een situatie leert accepteren. Een verandering in jezelf activeren, in de vorm van voelen en toelaten. Zoomen we in op kinderen, dan is het essentieel dat de verbinding met de ouders niet verstoord wordt tijdens zo’n proces. Dat betekent dat je een bepaalde mate van inlevingsvermogen moet hebben, de kracht om je eigen frustratie even te parkeren, een luisterend oor en ohja… flink wat geduld. Hoe frustratie bij kinderen ‘spreekt’ Klopt, er schuilt onwijs veel waarde in frustratie… áls we deze emotie voelen, snappen en de ruimte geven. Door frustratie de ruimte te geven bij je kind, leer je hem/haar omgaan met minder fijne gevoelens in het leven. Denk aan verdriet, boosheid, teleurstelling en onbegrip. Emoties die vaak samenhangen met frustratie. Is een kind gefrustreerd, dan zien we vaak dat deze een andere focus heeft dan de ouder of bijvoorbeeld leraar. Het is dan extra belangrijk dat wij als verzorgers begrijpen waar het kind aan gehecht is, dat laten blijken (begrip), en zo ruimte te kunnen maken voor verbinding. Een gefrustreerd kind kan… willen vasthouden aan fijne situaties grijpen naar digitale apparaten iets willen laten lukken wat niet lukt iets ongedaan willen maken groter, slimmer, sterker willen zijn dan deze is steeds willen winnen (verlies = frustratie) lekker doen waar deze zelf zin in heeft altijd zijn zin willen krijgen (nee = no go) De sleutel naar slinking? Vergeefsheid voelen! Wil je de frustratie bij je kind laten slinken en is de situatie onveranderbaar? Dan is het nodig dat deze snapt, voelt en begrijpt dat de situatie niet verandert - en tegelijkertijd de connectie met jou als ouder voelt. Vergeefsheid én verbinding ervaart. Zie het als een zandloper waarbij de gevoelens van frustratie langzaam naar beneden sijpelen. Gedoseerd, maar in beweging, totdat er vergeefsheid ontstaat. Vaak met tranen, maar die mogen er zijn. Graag zelfs, want dit is een oprechte uiting van gevoelens en draagt weer bij aan de verwerking van frustratie - en alle andere emoties die daarbij komen kijken. Let wel: het volledig doorvoelen van die vergeefsheid is een zoektocht, die je het beste kan visualiseren als een doolhof. Je kind komt niet meteen bij dat gevoel van acceptatie. Soms stuit deze op doodlopende paden en is het kiezen van nieuwe routes nodig. Oftewel: emoties kunnen minder worden, maar ook daarna weer opspelen. Mocht je als ouder dus denken dat je kind overdreven reageert als deze gefrustreerd is? Het kan zomaar een van de vele doodlopende paden zijn waar deze tegenaan loopt. Een druppel in de overvolle emmer. Geef (spelenderwijs) woorden aan frustratie Wil je dat je kind de frustratie die hij voelt begrijpt, dan is het dus belangrijk dat je begrip toont, maar ook dat je de frustratie benoemt. Er woorden aan geeft (“Je vindt dit echt niet fijn hè, dat het spelen stopt? Snap ik helemaal”). Door het begripvol te benoemen, maak je het begrijpelijker en kan je met elkaar een manier vinden om de frustratie te uiten. Een tip: doe dit via een (speelse) activiteit. Een echte game changer! Gooi bijvoorbeeld met een bal over en spreek af dat degene die de bal vangt, probeert te vertellen wat deze voelt. Als je een manier kan vinden die bij jullie past, dan vind je als het ware een natuurlijke uitlaatklep voor die frustratie. Het helpt om je kind uit die hoogste emotie te krijgen, terug naar een staat van kalmte. Het is belangrijk om een manier te vinden om negatieve emoties - zoals woede, schuldgevoelens en verdriet - te kunnen benoemen. Maar wél op een manier die goed voelt voor je kind. Pas dan vind je namelijk de opening naar de oplossing. ‘Bij woede, neem afslag Temperen’ Lukt het je niet om op de bovenstaande manieren de frustratie te laten slinken? Wordt je kind alleen maar meer gefrustreerd? Slaat het zelfs om in woede? Dan kan je ook nog de afslag van ‘temperen’ nemen. Aanvalsimpulsen worden dan beperkt, doordat tegenstrijdige gevoelens, gedachten en impulsen worden ervaren. Voorbeeld: aan de ene kant wil je kind je pijn doen, terwijl deze aan de andere kant juist een gevoel van liefde ervaart. (“Ik zou je wel willen slaan, maar ik vind je ook heel lief”). Probeer hier als ouder begrip voor te tonen en het te benoemen. Gevoelens erkennen dus, niet te verwarren met gedrag accepteren: dat zijn namelijk twee wezenlijke verschillen. Een ding staat voorop: het is heel normaal en gezond om meerdere en tegenstrijdige gevoelens te ervaren. Een vermogen dat zich bij kinderen ontwikkelt tussen de gemiddelde leeftijd van vijf en zeven jaar. Heb je een hooggevoelig kind? Dan is dit vaak wat later. Zie het als een oefening voor het brein om te groeien. Hoe intenser alle gevoelens, hoe moeilijker het is om deze met elkaar te mixen. Maar… je weet het: oefening baart kunst. Iets waar wij ouders in moeten begeleiden. Voelen + benoemen = mengen Het voelen van verschillende emoties tegelijkertijd kan je dus begrijpelijk maken, door alle emoties apart te benoemen en de ruimte te geven. Ook is het zo dat emoties zich pas met elkaar kunnen mengen, als ze gevoeld worden. Het is daarmee éxtra belangrijk dat wij als ouders elke emotie bespreekbaar maken - en daarmee begrijpelijk. Is er geen ruimte om een bepaalde emotie te voelen, denk aan verdriet, dan kan emotionele verdoving ontstaan… en erger nog: zich diep gaan wortelen. Dat betekent dat de emotionele volwassenwording geblokkeerd wordt, waar je kind op latere leeftijd ongewild door achtervolgd wordt. Denk aan emotioneel onbereikbaar zijn, niet kunnen huilen en pijnlijke discussies uit de weg gaan. Onthoud: tegenstrijdige emoties hebben elkaar nodig. Wil je agressie bijvoorbeeld temperen, dan zijn kwetsbare gevoelens nodig. En met die wetenschap, wordt de kracht van échte aandacht - elkaar en onze emoties zien - nogmaals benadrukt. Door naar de simpele en beeldende versie De frustratierotonde Je snapt de boodschap: frustratie mag gehoord, gevoeld en geaccepteerd worden. Hoe moeilijk dit ook is, de praktijk leert écht dat inzicht in - en begrip voor - emoties het startpunt is voor positieve verandering. Want als we snappen waarom iets gebeurt en we ons begrepen voelen, is het makkelijker om acceptatie te vinden. Precies het doel van de frustratierotonde. Of ik hem zelf heb opgezet? Nope, het wiel hoeft natuurlijk maar één keer uitgevonden te worden. ;-) Deze tool is ontwikkeld door Gordon Neufeld, een ontwikkelingspsycholoog die je vaker voorbij ziet komen in mijn blogs. Door frustratie op een beeldende manier uit te werken, laat hij heel duidelijk zien wat de waardevolle rol van frustratie is in verandering en aanpassing. Ik heb natuurlijk al een inhoudelijke aftrap gedaan, maar hier ga ik de rotonde afslag voor afslag met je doornemen. Afslag #1: verandering ‘Verandering brengt weerstand’. Voor de beeldvorming nemen we het eerder omschreven speeluitje van je kind dat eindigt. Hij/zij is hier gefrustreerd over, want het was net zo leuk. De frustratie zal vrij snel afnemen als jij als ouder zegt dat er doorgespeeld mag worden. Kan dit niet - dus is er geen verandering mogelijk van de situatie? Dan wordt afslag #1 geblokkeerd en ‘rijdt’ kind - samen met zijn/haar frustratie - door naar afslag #2. Dit gaat gepaard met een hobbelige weg, waarin je kind van alles probeert om alsnog te mogen blijven spelen. Óók stuit hij op een enorme drempel die 'onveranderlijkheid' heet. Oftewel: de frustratie neemt toe. Afslag #2: adaptie/aanpassing ‘Wat we niet kunnen veranderen, moet ons kunnen veranderen’. Na een hobbelige rit komt je kind aan bij afslag #2. Het is hem/haar inmiddels duidelijk dat de situatie niet gaat veranderen en dat frustreert. De verkeersbegeleider (hoi, ouder!) springt bij en rolt een rode emotieloper uit. Hij creëert een veilige omgeving, waarin het kind bijvoorbeeld kan huilen en de ouder dat snapt, ontvangt en toelaat. Help je kind om de gevoelens van vergeefsheid (het onveranderlijke) te ervaren, door het te benoemen en er begrip voor te hebben (“Je baalt ervan hè, dat het niet mag. Dat is ook heel jammer”). Probeer het gevoel niet weg te nemen/ te laten stoppen, maar toe te laten. In verbinding. Afslag #3: Aanval/agressie ‘Agressie ontstaat, waar vergeefsheid niet gevoeld wordt.’ Voelt je kind de vergeefsheid niet? Dan zal de frustratie groeien en uiteindelijk omslaan in woede. Met een inmiddels goed gevulde rugzak vol frustratie ‘rijdt’ je kind volgas naar afslag #3, waar deze met armen zwaait en niet schroomt om een flinke trap uit te delen. Als ouder kan je onmacht voelen en vervallen in zaken als ‘straffen en belonen’. Dan wil ik jou vragen om de afslag te pakken naar het begin van dit artikel. Je snapt vast waarom. ;-) Het doel bij afslag #3 is om frustratie binnen de ouder-kindrelatie zo veel mogelijk te verminderen. Tips: Bied nabijheid Als ouder ben je de volwassene en ligt de verantwoordelijkheid bij jou. Ga niet in de aanval of de emotie uit de weg, maar biedt nabijheid. Creëer een veilige omgeving. Skip vormen van discipline Blijf zo ver mogelijk weg van iedere vorm van discipline of reacties die de afstand juist vergroten. Yep, het welbekende strafsysteem. Met een boog omheen rijden. Blijf in verbinding Als het mogelijk is: verminder ervaringen van fysieke/emotionele afstand. Ervaringen waarbij die nabijheid (veiligheid) geblokkeerd wordt. Rustig blijven Is er sprake van agressie? Reageert je kind met fysieke woede-uitbarstingen? Blijf rustig, stop de agressie, maar wijs niet met vingertjes. Wil je hier meer handvatten voor? Volg dan zeker mijn cursus ‘agressie, en nu?’ Time-out nemen en toelichten Is het nodig om zelf uit de situatie te stappen, omdat je het even niet weet of de emoties hoog oplopen? Doe dit dan én leg uit waarom je dit doet. Voor de oplettende lezer… Eerder benoemde ik niet alleen de frustratierotonde in de context van kind-ouder, maar ook in die van partners onder elkaar. Dit artikel draait natuurlijk om onze kinderen, maar ik wil toch van de gelegenheid gebruik maken om mee te geven dat de frustratierotonde ook toepasbaar is op andere type relaties. Is er een bepaalde frustratie die je bij je partner voelt, die terug blijft komen? Bijvoorbeeld dat deze niet genoeg in het huishouden helpt, te weinig aandacht voor je heeft of overal rommel achterlaat? Dan kan de frustratierotonde houvast en richting geven. Het moraal van het verhaal is dat oordeelvrije communicatie, inlevingsvermogen, acceptatie en verbinding kartrekkers zijn. Blijkt dat de situatie echt onveranderlijk is, dan ligt de kracht van verandering in jóuzelf. Dit is natuurlijk een kort-door-de-bocht uitleg, maar weet dat je áltijd terug kan vallen op deze tool. In de relatie met je kind dus, maar ook in de relatie met de volwassene die naast je staat. Behoefte aan professionele hulp op een van deze vlakken? Ik help jullie met liefde! GevoelsRijke afsluiter: frustratie vertelt een verhaal. Een verhaal van emoties, behoeften en gevoelens. Zeker bij kinderen is frustratie iets dat begeleid moet worden. Een emotie waar wij ouders niet alleen naar moeten luisteren, maar ook richting in moeten aangeven. Door de juiste afslag op de juiste manier te ‘pakken’, leer je jouw kind niet alleen omgaan met de minder fijne emoties in het leven, ook voorkom je dat deze op latere leeftijd emotionele blokkades ervaart. Als wij als ouders laten zien alle emoties welkom zijn, besproken en gevoeld mogen worden, dan leggen we een gevoelsRijke bodem voor de toekomst. Een bodem die ruimte geeft aan alle gevoelens, precies zoals het bij onze kinderen past.
door Kimberley Roerdink 21 februari 2025
Een ‘goede’ daad verricht? Hopsakee, sticker erop. Een ‘foute’ afslag genomen? Hup, gauw die strafhoek in. Straffen en belonen lijken effectief, terwijl onderzoek juist aantoont dat het op de lange termijn precies de andere kant op werkt. Want, zo laten de resultaten zien, beloning van buitenaf (de zichtbare actie) gaat ten koste van beloning van binnenuit (de dieperliggende motivatie). Tijd om die externe motivatie in de strafhoek te zetten (ha, grapje natuurlijk ;-)) en die interne motivatie te stimuleren. Daarvoor heb ik welgeteld tien alternatieven voor je - inclusief concrete voorbeelden. Ik kan het niet vaak genoeg zeggen… Mocht je mijn blog over straffen en belonen gemist hebben, dan raad ik je zeker aan deze eerst te lezen. Deze neemt je mee in de totstandkoming van het beloningssysteem, vertelt waarom het voor dieren wél werkt, legt het verschil uit tussen gedrag en commitment én duikt - via onderzoeksresultaten - dieper in de schadelijke kanten van straffen en belonen. Zaken die ik in deze blog niet ga uitdiepen, omdat je hier bent voor alternatieven. Maar… ik maak wél graag gebruik van de mogelijkheid om nogmaals te benadrukken dat ik geen fan ben van straffen en belonen. Sterker nog: ik maak me er hard voor om ouders voorbij de buitenkant (gedrag) te laten kijken - en meer bij die binnenkant (gevoelens) te laten komen. Kies je wel voor belonen (en dus ook straffen - want die gaan hand in hand met elkaar)? Dan loop je het risico dat je kind zijn gedrag verbindt aan een beloning, niet aan innerlijke motivatie. Greep uit de gevolgen: je kind gaat zichzelf minder aardig vinden, is minder snel geneigd anderen te helpen, maakt sneller fouten (faalangst) en ontwikkelt voorwaardelijke zelfliefde. Heb ik je aandacht? Gauw m’n eerdere blog lezen dan! Zie ik je zo hier weer. 🙂 Niet: gehoorzamen, afdwingen en quick fixen Wil je - samen met mij - een andere weg inslaan? Super, laten we vandaag een eerste stap zetten! Wel wil ik benadrukken dat je bij mij géén quick fixes, tips om te gehoorzamen en afdwingmateriaal vindt. Zoals gezegd is mijn visie gericht op het handelen vanuit de binnenkant (gevoelens en emoties). Dat vergt niet alleen tijd en inzet van jou als ouder, maar ook het besef dat gehoorzamen en afdwingen daar niet bijhoren. Dit zijn namelijk manieren om je kind onder controle te krijgen, vanuit je eígen gevoelens. En tuurlijk: ook jouw gevoelens doen ertoe. Toch zijn de alternatieven die ik bied gericht op de gevoelens van je kind - en daarmee de verbinding tussen jou en hem/haar. Geen slinkse trucjes, wel oprechte aandacht en onvoorwaardelijke liefde. Are you in? Wel: houding, energie en de juiste woorden Leuk, je leest door, dat betekent dat je er écht voor kiest om straffen en belonen de deur te wijzen. Dat je verder kijkt dan enkel gedrag en bereid bent om emoties en gevoelens van je kind te zien, ervaren en erkennen (niet te verwarren met gedrag accepteren). Je zegt ‘ja’ tegen een kwalitatieve en GevoelsRijke manier van opvoeden, waarin zaken als woordkeuze, intonatie, energie en intenties de ‘opvoedkar’ trekken. Nee, het is niét de makkelijke weg, want wijzen met een vingertje en strooien met stickers is een stuk eenvoudiger. Toch wil ik je zeggen: houd vol, ook als het moeilijk is. Je investeert niet alleen in de zelfliefde van je kind, maar ook in jullie onderlinge band. En geloof me: als ik het kan, kan jij het ook. Dat betekent niet dat het altijd ‘goed’ hoeft te gaan, wel dat je jouw best doet. Juist, de intentie . Hup, in de GevoelsRijke startblokken! 1. Buig die vraag om naar een verzoek Stel: je bent aan het koken en de tafel moet gedekt worden. Eigenlijk verwacht je dat je zoon of dochter je hierbij helpt, maar toch leg je de vraag open (‘wil jij de tafel dekken?’). Er kan met zowel een ‘ja’ als ‘nee’ geantwoord worden, terwijl jij stiekem uitgaat van een ‘ja’ (= voer voor strijd). De oplossing? Stel de vraag niet, maar maak er een verzoek van (‘hier lieverd, de borden. Als jij de tafel dekt, dan kunnen we zo lekker gaan eten’). Je maakt er op deze manier iets van wat jullie sámen doen, zonder het stellen van een retorische vraag. Want… als je weet welk antwoord je wilt ontvangen, waarom zou je er dan naar vragen? VAN NAAR “Wil jij de tafel dekken?” “Hier lieverd, de borden. Als jij de tafel dekt, dan kunnen we zo lekker gaan eten.” 2. Geef het goede voorbeeld Verwachten dat je kinderen vaker die telefoon wegleggen, terwijl die van jou vastgeplakt zit aan je hand? Verlangen dat je kinderen op hun woorden letten, terwijl je zelf scheldend de deur uitstapt? Nee, dat komt niet echt over hè? Dat geldt trouwens ook voor minder directe situaties. Bijvoorbeeld wanneer je jouw kind aanmoedigt om meer voor zichzelf op te komen, terwijl jij je werkgever vrolijk over je heen laat walsen. Ook al denk je dat je kinderen het niet doorhebben, ze zien en voelen meer dan zichtbaar is. Sterker nog: ze nemen jouw manieren van denken en doen onbewust (maar heel snel) over. Wat ik wil zeggen? Leef het leven wat je jouw kind wilt meegeven. De meest belangrijke - en tegelijkertijd meest lastige taak. 3. Eerst connecie, dan correctie Met oprechte interesse kom je een heel eind. Bij mensen in het algemeen, maar zeker bij je eigen kinderen. Ben je het ergens niet mee eens, dan is het heel makkelijk om dat aan te geven (iets willen stoppen of veranderen). Toch blijkt dat in de praktijk niet altijd even handig. Je stuit zelfs sneller op weerstand, waardoor de band met je kind (keer op keer) een knal krijgt. De oplossing? Sluit eerst aan (= connectie), stuur daarna bij (= correctie). VAN NAAR ‘‘Stop nou eens met gamen, je moet nu echt naar bed!” “Lekker bezig! In welk level ben je nu?’ - reactie kind - ‘Tof, snap dat je daar blij van wordt! Ik zie wel dat het al laat is. We gaan zo eten. Zet jij hem uit of doe ik het?” 4. Geef je kind een keuze (in jouw kader) Hierboven zag je natuurlijk al een voorbeeld (‘zet jij hem uit of doe ik het?’), maar kinderen zijn dol op keuzes. Door een bepaalde handeling niet af te dwingen, maar zelf een kader te stellen en daarin een keuze te bieden, geef je het gevoel van autonomie en zelfredzaamheid. En ohja: wist je dat het geven van (leeftijd geschikte) keuzes bijdraagt aan de groei en ontwikkeling van kinderen? Ze worden stap voor stap meer competent in het maken van keuzes en leren daarmee te vertrouwen op hun eigen gevoel. Win-win! VAN NAAR “Ik wil dat je nu gaat opruimen.” “Wil je nu opruimen of over een half uur?” “Je moet je nu gaan aankleden.” “Wil je jezelf aankleden of zal ik helpen?” 5. Beleef de wereld door de ogen van je zoon/dochter Het zal je niet verrassen, maar wij volwassenen beleven de wereld heel anders dan kinderen. We hebben een andere manier van kijken en kunnen (op basis van levenservaring en ontwikkeling) oorzaak en gevolg met elkaar verbinden. Wil je jouw kind écht leren begrijpen? Kruip dan in zijn/haar belevingswereld en zet heel even je eigen ‘bril’ af. Door je voor te stellen hoe je kind iets ervaart, is de kans groot dat je deze beter begrijpt en daardoor anders handelt. Als jij je best doet om het perspectief van je kind te snappen, voel je sneller wat er nodig is. Waarom? Omdat je kind zich begrepen voelt door jou. 6. Ben een team, geen tegenstander (samen sterker!) Problemen of ongemakken: ze horen bij het leven. Ook in het ouderschap zul je er regelmatig tegenaan lopen. Gelukkig maar, want je kan er veel van leren. Áls je ze op de juiste manier aanpakt. Je kan een probleempje met/van je kind namelijk als tegenstander of team benaderen. Ben je een tegenstander? Dan sta je lijnrecht tegenover elkaar en kan je de klok erop gelijk zetten dat er gedonder komt. Ben je een team? Dan staan jullie sámen tegenover dat probleem en ga je met elkaar op zoek naar de oplossing. VAN NAAR “Je moet dit nu opruimen!” “Het is een rotzooi, ik wil dat het opgeruimd is. Hoe gaan we daar samen voor zorgen?” “Je moet gewoon op tijd thuis zijn. Geen discussie over mogelijk.” “Elke keer als je ‘s avonds te laat thuis komt, maak ik me ongerust. Ik snap dat je weg wilt, maar op tijd thuis zijn is ook nodig. Laten we samen een plan maken.” 7. Verander je omgeving, niet de reactie Iets wat niet mag, is nóg leuker dan iets wat wel mag - zeker in de belevingswereld van een kind. Stel, je hebt een grijpgrage dochter en je blijft maar herhalen dat ze absoluut niet aan de hete theepot op de salontafel mag komen. Wat is dan het meest logische wat er gebeurt? Niet dat ze netjes haar handen in elkaar vouwt, in ieder geval. ;-) Je kan het 1001 keer blijven herhalen, maar veel effectiever is om de omgeving te veranderen. Zet de theepot buiten handbereik et voilà: kind en theepot veilig. VAN NAAR Voor de derde keer: ”Blijf nou toch weg van die theepot.” Eenmalig: de theepot buiten handbereik plaatsen. Voor de zoveelste keer: “Doe eens rustig met die ballen!” Eenmalig: de ballen van binnen naar buiten verplaatsen. Elke dag opnieuw: “Blijf eens van die snoeptrommel af.” Eenmalig: die snoepjes gewoon niet in huis halen. 8. Vertel wat er wél mag (is toch veel leuker?) Hoe vervelend is het om te horen wat er allemaal niet kan en mag? Niemand die daar heel vrolijk van wordt, laat staan een kind. Daarnaast missen kinderen vaak het woordje ‘niet’, waardoor ze vervolgens precies doen wat jij niet wilt. De oplossing: vertel wat er wél kan en mag (omdenken). Is ook nog eens veel leuker! Fijne bijkomstigheid: je blijft op deze manier weg uit de correctiezone, waardoor ook de sfeer gezellig blijft. VAN NAAR “Stop eens met springen op die bank!” “De bank is om op te zitten. Springen mag op de grond of trampoline.” “Houd op met dat geschreeuw.” “Als je wilt schreeuwen, dan doe je dat maar buiten.” 9. Reageer niet in the heat of the moment, maar later In het heetst van de strijd een fijn, respectvol én effectief gesprek voeren? Hoe vaak heb jij dat gedaan? Grote kans dat dit zeldzaam of helemaal niet het geval is. Dit is namelijk niet gebruikelijk als je kijkt naar onze breinontwikkeling (hallo: ongecontroleerde emoties). Als je gefrustreerd, boos of verdrietig bent, is het voor jezelf én je kind lastig om een rustig gesprek te voeren. Om te praten over wat er gebeurd is en hoe het opgelost kan worden. De oplossing? Adem in, adem uit. Stap (met elkaar) uit het moment en kom er later op terug. Je zal zien dat het gesprek aan beide kanten dan een stuk beter verloopt. 10. Leg de lat eens wat lager (of gewoon een flink stuk) Torenhoge verwachtingen: ik hoor ze nog steeds met regelmaat voorbij komen. Ouders die van zichzelf verlangen het allemaal perfect te doen bijvoorbeeld. Of ouders die van hun kinderen verwachten dat ze elke keer netjes hun eigen spullen uit zichzelf opruimen. Hoe zwaar rust die druk op jouw schouders… en op die van je kind? Als jij je verwachtingen bijstelt, zul je sneller tevreden zijn. Want: er wordt simpelweg sneller aan verwachtingen voldaan, als je ze niet onmogelijk groot maakt. Dus… wat gaan we doen met die lat? In de min ermee. ;-) GevoelsRijke afsluiter: samenwerken, keuzes voorleggen, het goede voorbeeld geven, omdenken en verbinden. Er zijn zoveel mooie manieren om richting aan te geven, zónder dat je vervalt in vingertje wijzen (straffen) en stickertjes plakken (belonen). Het gaat om het aangaan van verbinding en aanvoelen wat nodig is. Om het snappen van je kind en het kunnen loslaten van je eigen verwachtingen. Het hoeft allemaal niet perfect, zolang je maar je best doet. En laat ik er nou heilig in geloven dat dát is wat jij gaat doen. Of nee, wat wij sámen gaan doen. Want, zoals #6 zegt: samen staan we sterker. Zullen we gaan? 🙂
door Kimberley Roerdink 21 februari 2025
Body positivity onder kinderen: de macht van social media vs. de kracht van ouders Doornroosje in de Efteling? Die heeft een flinke ‘upgrade’ gekregen. Nouja, vooral haar voorgevel dan, die een cupmaatje of drie is gegroeid. “We wilden het oorspronkelijke ontwerp van Anton Pieck wat meer benaderen”, aldus een woordvoerder van het pretpark. “Je weet wel: een onrealistisch slanke taille, ultralange benen en een bovengemiddeld grote cupmaat”. Oké, grapje natuurlijk. Die laatste zin plak ik er zelf achter, puur om mijn punt te maken. Waarom? Omdat we vroeger al, maar tegenwoordig nog vele malen erger (hoi, social media), dood worden gegooid met onrealistische schoonheidsidealen. Iets waar vooral jonge meiden, zo blijkt uit onderzoek, last van hebben. Gelukkig zijn daar die GevoelsRijke ouders (hoi, jij daar!) die hier een stokje voor steken. Tegengeluid: laat je horen. ‘Vroeger was alles beter’ - maar laten we niet overdrijven Terug naar de jaren negentig, waar ik als tienermeisje nog niet werd blootgesteld aan de verslavende sociale media. Een periode waarin buitenspelen ‘normaal’ was en Tik Tak (niet te verwarren met TikTok ;-)) kinderkost op televisie was. Tsja, hoe mooi dat offline tijdperk ook was, het is wel goed om het niet volledig te romantiseren. Kijken we naar schoonheidsidealen, dan waren (en zijn) Disney-prinsessen zoals Doornroosje allesbehalve het gezonde voorbeeld. Net zoals de ultraslanke barbiepoppen met gigantisch lange benen trouwens - en de gephotoshopte modellen in magazines. Laten we daarbij ook niet de giftige opkomst van websites zoals Pro Ana vergeten, waarin kwetsbare kinderen werden meegesleurd in de wereld die ‘anorexia’ heet. Yep, ook mijn generatie kent haar programmering - en het is goed om daar niet blind voor te zijn. Toch kunnen we er niet omheen dat het vandaag de dag alleen maar erger is geworden. Sterker nog: ik schrik er zelfs van hoe en in welke mate dit gebeurt. Wat er allemaal genormaliseerd wordt en hoe ontzettend veel kinderen worden blootgesteld aan deze toxische programmering. Om een paar voorbeelden te noemen: botox, nepwimpers, borstvergrotingen, gebleekte tanden, opgespoten lippen, heel veel make-up, heel weinig kleding… je snapt wat ik bedoel. Kwetsbare kinderen zijn voer voor app-producenten In mijn blog over schermtijd schreef ik er al over, maar wist je dat 76% van de kinderen van zeven tot en met twaalf een mobieltje heeft? En dat TikTok de populairste media-app is (tijdsbesteding: vierenveertig minuten per dag)? Dé plek waar bovengenoemde ‘schoonheden’ de hele dag door online gegooid worden… onder toeziend oog van jouw kind. Het gevaarlijke van deze apps is dat het algoritme bepaalt wat je ziet. Dat betekent dat je voorgaande acties (kijkgedrag, hartjes, duimpjes) bepalen wat voor content er verschijnt in je persoonlijke overzicht. Jonge kinderen - en dan met name meisjes (ik neem je zo mee in de cijfers) - zijn extra gevoelig voor wat ze zien en hoe dit binnenkomt. Gooi dat in de mixer met alle ‘perfecte’ lichamen en ‘gezonde’ levensstijlen die op social media terrein veroveren en de giftige cocktail is daar. Je kan het tienermeisjes natuurlijk niet kwalijk nemen dat ze in aanraking komen met die content, er naar blijven kijken en meer willen zien. Da’s namelijk precies hoe beïnvloeding werkt; die verantwoordelijkheid ligt niét bij onze kinderen. Die verantwoordelijkheid ligt wel bij de makers, die kijkers verslaafd willen maken én houden (iets met een verdienmodel). Het is dan ook geen verrassing dat kinderen met (aanleg voor) mentale problemen een zeer schadelijk risico lopen, vertellen ook de twee rapporten die Amnesty International uitbracht (2023, focus: TikTok). Meisjes geven hun leven een lager cijfer Kinderombudsvrouw Margrite Kalverboer laat via een rapport (2024) zien dat meisjes van dertien tot en met achttien jaar hun online en offline leven een veel lager cijfer (6,7) geven dan jongens van dezelfde leeftijd (7,7). Belangrijke oorzaken? Online pestgedrag, maar ook de druk die zij ervaren door sociale media. Drieëntwintig procent van de meisjes geeft haar leven zelfs een onvoldoende. Wat mij betreft zeer zorgwekkend, maar vooral ook verdrietig. Waarom jongens hun online leven anders beoordelen? Omdat zij er andere activiteiten op nahouden. Waar meisjes meer op social media zitten (Tiktok #1), zijn jongens meer aan het gamen. Hoe dan ook: veel tienermeisjes geven aan social media als bron van onzekerheid te ervaren. Want, zo zegt het onderzoek, ze zien vooral ‘perfecte’ en ‘succesvolle’ plaatjes van onder andere influencers. Een ander kwalitatief onderzoek, dat de schrijvers van het boek The confidence code for girls deden, toont aan dat meisjes gemiddeld op een specifieke leeftijd onzekerheid gaan voelen. Wat blijkt? Het zelfvertrouwen neemt met maar liefst dertig procent af op de leeftijd van... twaalf jaar. Ai, shocking, vind je niet? En dan te bedenken dat dit onderzoek uit 2018 komt - en het aannemelijk is dat dit percentage nu zelfs hoger ligt. In het kort: Tienermeisjes geven hun online/offline leven een 6.7 Tienerjongens geven hun online/offline leven een 7.7 Verschil in score is te wijten aan druk van social media + online pestgedrag 23% van de meisjes geeft haar leven een onvoldoende “Al die perfecte en succesvolle plaatjes van influencers” 12 = de gemiddelde leeftijd dat meisjes onzekerheid gaan voelen op die leeftijd neemt het zelfvertrouwen met 30% af Positief tegengeluid klinkt steeds luider De cijfers zijn niet bepaald om vrolijk van te worden, maar het is wel de werkelijkheid waarin we leven. Gelukkig zijn er steeds vaker positieve tegengeluiden te horen vanuit bedrijven. Zo maakt Dove prachtige campagnes die bewust maken en confronteren, zo ook het filmpje hieronder. Je ziet eerst de confronterende kant, maar daarna ook wat de impact van jou als ouder kan zijn. Zo zegt een meisje “Mijn moeder leerde me dat ik niet moet luisteren naar die mensen. En dat ik trots mag zijn op wie ik ben.” Yep, er is hoop, lieve ouders, en die hebben wij in handen. Hoe fijn is dat? [FILMPJE DOVE] Ouders: de verandering begint bij ons! Zo, we gaan lekker door op die positieve invalshoek. De maatschappij waarin we leven kunnen we immers niet veranderen, wél hoe wij daar als ouders mee omgaan. De macht teruggrijpen dus - en zorgen dat we onze kinderen de juiste boodschap meegeven. Dat ze helemaal goed zijn zoals ze zijn - en dat social media geen weerspiegeling zijn van de werkelijkheid. Als ouders is het namelijk onze taak om een veilige sfeer te creëren waarin alles besproken kan worden. Een sfeer waarin we open met elkaar communiceren, maar vooral ook het goede voorbeeld laten zien. Want: wat wij laten zien, is wat onze kinderen overnemen. Mijn man en ik zetten ons hier heel bewust voor in, maar dat neemt niet weg dat er momenten zijn dat ik mijn hart vasthoud. Het doodeng vind allemaal. Het helpt me om mezelf op zo’n moment terug te roepen en te focussen op waar ik wél invloed op heb. Precies waar we het nu over gaan hebben. 🙂 Want: wat kán je eigenlijk doen? 7 x body positivity boosten bij en met je kind Stop met klagen voor de tv en spiegel (of waar dan ook) “Nou, daar kunnen wel een paar kilootjes van af” roep je tegen jezelf in de spiegel, terwijl je ontevreden in je buik knijpt. Wel eens bij nagedacht dat je kind dit ongewild meekrijgt? Dit opslaat? Het als ‘normaal’ ziet? Datzelfde geldt natuurlijk voor momenten dat je iemand op tv of straat bekritiseert op zijn/haar uiterlijk. Opmerkingen als ‘zij heeft wel mini-borsten’, ‘zo, wat ziet die er uit zeg!’ en ‘wow, wat een MEGA neus’? Lekker inslikken. Je kind zal je (later) dankbaar zijn. Benadruk wat lichamen kunnen, in plaats van hoe ze eruitzien Onze lichamen zijn fantastisch! Niet normaal waar we toe in staat zijn, toch? Om alleen al de ontwikkeling van je kindje te noemen en hoe de natuur dit bedacht heeft. Celdeling, ademhaling, een hart dat pompt, zelfhelend vermogen. Ik vind het fascinerend en vind dat we hier veel meer bij stil mogen staan. Zeker in een wereld waar vooral de buitenkant de focus krijgt. Verwonder je samen met je kind over de pracht en praal van het lichaam en verleg de focus van buiten naar binnen. Mijn dochter: “Ik wil iedere dag iets nieuws leren over het lichaam!” - Sindsdien vraagt ze regelmatig iets over de werking van het lichaam en gaan we samen op onderzoek uit. Leuk en leerzaam voor haar… én mij. Vertel dat er niet één schoonheidsideaal is (en vier unieke schoonheid) Helemaal niet over het uiterlijk praten? Da’s ook niet handig. Het is niet de bedoeling dat je onderwerpen uit de weg gaat. Alles moet namelijk bespreekbaar zijn, niet? ;-) Wat ik wel wil meegeven is om je bewust te zijn van je woordkeuze. Blijf erover praten met je kind, laat nuances zien en leer hem/haar dat er niet één schoonheidsideaal is. Verschillende mensen, verschillende meningen, verschillende eigenschappen, verschillende uiterlijke kenmerken. Oftewel: de uniekheid van het lichaam (van je kind) zien als iets moois - juist vieren. Skip dieetpraat (en verleg de focus naar een gezond eetpatroon) Dieetpraat en een gezond eetpatroon: het wordt vaak met elkaar verward, maar het zijn toch echt twee wezenlijke verschillen. Zeker als je het hebt over woordkeuze in het bijzijn van je kind. Dieetpraat omvat termen als ‘afvallen’, ‘lijnen’, ‘gewicht’ en ‘slank zijn’, terwijl gesprekken over een gezond eetpatroon vooral focussen op voedingsstoffen, vitaminen en je fit en vitaal voelen. Goed om in gedachten te houden, de volgende keer dat je hardop over die dieetboter praat - of die maaltijd met minder calorieën de hemel in prijst. Samen veelzijdige boeken lezen en filmpjes kijken Of je nu naar de tv kijkt, een boek leest, door een tijdschrift bladert of een Youtube-filmpje kijkt: mensen zijn overal - en daarmee diversiteit ook. Door dit samen met je kind te doen en oog te hebben voor de verschillende mensen, laat je zien dat iedereen goed is zoals ‘ie is. Laat hem/haar kennismaken met alle variaties zoals verschillende vormen, huidskleuren, lichamelijke handicaps en andere lichaamskenmerken. Als jij op dezelfde manier naar elk mens kijkt, zal je kind dit ook doen. Daar is ‘ie weer: het goede voorbeeld geven. ;-) Verdiep je in de online (belevings)wereld van je kind Kleine kinderen kun je beschermen in wat ze zien en horen, maar naarmate ze uitgroeien tot tieners, wordt dit lastiger. Natuurlijk, ze hebben recht op hun privacy, maar het is wel goed om hier het gesprek over te openen. Dit begint bij het creëren van een veilige sfeer. Eentje waarin je kind bij je terecht kan als ‘ie iets vervelends gezien heeft, maar waarin jij bijvoorbeeld ook kan vragen wat ‘ie die dag online heeft meegemaakt. Ook is het als ouder goed om te weten wat er online te vinden is. Blijf je er dus in verdiepen. Als jij weet wat ‘hot’ is, kan je er makkelijker over praten. Profiteer van de positieve online effecten Yep, die zijn er gelukkig ook. Er is tegenwoordig namelijk steeds meer te vinden over zaken als diversiteit, body positivity en genderkwesties. Zo zijn er ook influencers die zich juist afzetten tegen het schoonheidsideaal en staan voor diversiteit. Meiden die zonder make-up in beeld komen, hun vetrolletjes niet verstoppen en praten over onzekerheden. Hoe mooi is het als jouw dochter zo iemand volgt - en daardoor juist zékerder wordt? Een kant van social media die wat mij betreft wél meer aandacht verdient - en waar wij als ouders aandacht op kunnen vestigen. GevoelsRijke afsluiter: lichamen zijn er om gevierd te worden - en het is aan ons als ouders om daar het goede voorbeeld in te geven. Ontsnappen aan een tijdperk waarin social media terrein veroveren? Dat gaat ‘m niet worden. Je stinkende best doen om je kinderen van jongs af aan de juiste boodschap mee te geven? Daar ligt de verandering. Klopt: de wereld van social media kan overweldigend en ongrijpbaar voelen. Als een gevecht dat je niet kan winnen. Toch hebben we als ouders meer invloed dan we soms denken. Zéker als je al vroeg begint. Normaliseer élk lichaam, geef zelf het goede voorbeeld en creëer een veilige omgeving waarin diversiteit besproken wordt. Want: hoe mooi is het dat we allemaal uniek zijn? Aan de binnen- én buitenkant? Ik zeg: een waar wonder. 🙂
door Kimberley Roerdink 21 februari 2025
Omgaan met moeilijke emoties? De frustratierotonde helpt je op weg ‘Op de rotonde, neem de eerste afslag’. Als we het over rotondes hebben, is de kans groot dat je jouw navigatie deze zin hoort optrommelen. Vandaag wil ik het met je hebben over een andere variant, namelijk de frustratierotonde. Een rotonde die iets meer uitleg nodig heeft en focust op - je raadt het al - frustratie. Niét in het verkeer dus, maar voornamelijk in dagelijkse situaties (bij kinderen). Het is een metafoor die ik veel gebruik in mijn werk, om ouders op een simpele en beeldende manier de werking van frustratie uit te leggen. Of het écht werkt? Oordeel zelf… Wat is frustratie eigenlijk - en wat vertelt het ons? Frustratie speelt op op het moment dat we het ergens niet mee eens zijn. Denk aan een situatie die anders loopt, iemand die een tegenstrijdige mening geeft of iets wat niet lukt of mag. Frustratie zien we niet als schuld van een ander of onszelf, maar als een signaal dat afstand nemen nodig is. Om de verschillende gevoelens die je tegelijkertijd voelt, te ervaren. Want: frustratie is weer wat anders dan boosheid of verdriet bijvoorbeeld, maar alle emoties kunnen wel tegelijkertijd opspelen. Het mooie aan frustratie? Het geeft ons het vermogen om iets te veranderen. Soms aan de situatie, maar vaak ook iets in onszelf (acceptatie). Je snapt natuurlijk wel dat frustratie meerdere kanten op kan schieten. Want: hoe je reageert op een situatie, en of gevoelens écht aangekeken worden, bepaalt de groei of slinking van die frustratie. Zo zien we vaak dat ouders frustratie bij hun kind proberen te fixen via het uitdelen van straffen en het strooien met dreigementen. Ook is het inzetten van een time-out een hele populaire ‘oplossing’. Allemaal manieren die voorbij de échte oplossing (gevoelens zien en snappen) gaan - en gefocust zijn op het gedrag (de uiting van die gevoelens). Lees dus zeker de gelinkte artikelen even. Waardevolle kost ter aanvulling op de input uit deze blog. Wanneer frustratie nog ‘klein’ is Frustratie begint relatief gezien altijd ‘klein’. Dat klinkt misschien gek, maar hoe we ermee omgaan, bepaalt hoe groot deze frustratie wordt. Kijk maar eens naar een eigen situatie, bijvoorbeeld wanneer je kind gefrustreerd raakt omdat dat ene speeluitje eindigt. Grote kans dat het start met het opzetten van een sip gezicht. Vaak komen tranen of moeilijk gedrag pas later. Nadat er een respons is gekomen, bijvoorbeeld in de vorm van een niet-leuke reactie of een antwoord dat de gevoelens van het kind (onbewust) negeert. Ook in ouderlijke situaties start je frustratie vrijwel nooit op het kookpunt. Stel, je hebt een woordenwisseling met je partner. Frustratie groeit wanneer je niet naar elkaar luistert, je het gevoel hebt dat je gevoelens niet gezien worden en stemmen worden verheft. Draai je deze zaken om, dan neemt de frustratie juist áf. Het is maar nét welke afslag je pakt. Iets met een rotonde. ;-) Gefrustreerd over frustratie zijn zorgt voor nóg meer frustratie Zoals hierboven al uitgelegd, zorgt frustratie over frustratie voor nog meer frustratie. Daarmee bedoel ik eigenlijk dat het waardevol is als we - kinderen en ouders - onze frustraties leren begrijpen. Grip krijgen op onze emoties en voelen wat we voelen. Willen we dit kunnen, dan is het noodzakelijk dat we de uitzichtloosheid van frustratie ervaren - en er niet aan voorbij gaan. Het verdriet voelen. Want: het maakt niet uit wat je doet, sommige situaties zijn zoals ze zijn. Eigenlijk een soort mini-rouwproces, waarbij je bewust naar binnen keert en een situatie leert accepteren. Een verandering in jezelf activeren, in de vorm van voelen en toelaten. Zoomen we in op kinderen, dan is het essentieel dat de verbinding met de ouders niet verstoord wordt tijdens zo’n proces. Dat betekent dat je een bepaalde mate van inlevingsvermogen moet hebben, de kracht om je eigen frustratie even te parkeren, een luisterend oor en ohja… flink wat geduld. Hoe frustratie bij kinderen ‘spreekt’ Klopt, er schuilt onwijs veel waarde in frustratie… áls we deze emotie voelen, snappen en de ruimte geven. Door frustratie de ruimte te geven bij je kind, leer je hem/haar omgaan met minder fijne gevoelens in het leven. Denk aan verdriet, boosheid, teleurstelling en onbegrip. Emoties die vaak samenhangen met frustratie. Is een kind gefrustreerd, dan zien we vaak dat deze een andere focus heeft dan de ouder of bijvoorbeeld leraar. Het is dan extra belangrijk dat wij als verzorgers begrijpen waar het kind aan gehecht is, dat laten blijken (begrip), en zo ruimte te kunnen maken voor verbinding. Een gefrustreerd kind kan… willen vasthouden aan fijne situaties grijpen naar digitale apparaten iets willen laten lukken wat niet lukt iets ongedaan willen maken groter, slimmer, sterker willen zijn dan deze is steeds willen winnen (verlies = frustratie) lekker doen waar deze zelf zin in heeft altijd zijn zin willen krijgen (nee = no go) De sleutel naar slinking? Vergeefsheid voelen! Wil je de frustratie bij je kind laten slinken en is de situatie onveranderbaar? Dan is het nodig dat deze snapt, voelt en begrijpt dat de situatie niet verandert - en tegelijkertijd de connectie met jou als ouder voelt. Vergeefsheid én verbinding ervaart. Zie het als een zandloper waarbij de gevoelens van frustratie langzaam naar beneden sijpelen. Gedoseerd, maar in beweging, totdat er vergeefsheid ontstaat. Vaak met tranen, maar die mogen er zijn. Graag zelfs, want dit is een oprechte uiting van gevoelens en draagt weer bij aan de verwerking van frustratie - en alle andere emoties die daarbij komen kijken. Let wel: het volledig doorvoelen van die vergeefsheid is een zoektocht, die je het beste kan visualiseren als een doolhof. Je kind komt niet meteen bij dat gevoel van acceptatie. Soms stuit deze op doodlopende paden en is het kiezen van nieuwe routes nodig. Oftewel: emoties kunnen minder worden, maar ook daarna weer opspelen. Mocht je als ouder dus denken dat je kind overdreven reageert als deze gefrustreerd is? Het kan zomaar een van de vele doodlopende paden zijn waar deze tegenaan loopt. Een druppel in de overvolle emmer. Geef (spelenderwijs) woorden aan frustratie Wil je dat je kind de frustratie die hij voelt begrijpt, dan is het dus belangrijk dat je begrip toont, maar ook dat je de frustratie benoemt. Er woorden aan geeft (“Je vindt dit echt niet fijn hè, dat het spelen stopt? Snap ik helemaal”). Door het begripvol te benoemen, maak je het begrijpelijker en kan je met elkaar een manier vinden om de frustratie te uiten. Een tip: doe dit via een (speelse) activiteit. Een echte game changer! Gooi bijvoorbeeld met een bal over en spreek af dat degene die de bal vangt, probeert te vertellen wat deze voelt. Als je een manier kan vinden die bij jullie past, dan vind je als het ware een natuurlijke uitlaatklep voor die frustratie. Het helpt om je kind uit die hoogste emotie te krijgen, terug naar een staat van kalmte. Het is belangrijk om een manier te vinden om negatieve emoties - zoals woede, schuldgevoelens en verdriet - te kunnen benoemen. Maar wél op een manier die goed voelt voor je kind. Pas dan vind je namelijk de opening naar de oplossing. ‘Bij woede, neem afslag Temperen’ Lukt het je niet om op de bovenstaande manieren de frustratie te laten slinken? Wordt je kind alleen maar meer gefrustreerd? Slaat het zelfs om in woede? Dan kan je ook nog de afslag van ‘temperen’ nemen. Aanvalsimpulsen worden dan beperkt, doordat tegenstrijdige gevoelens, gedachten en impulsen worden ervaren. Voorbeeld: aan de ene kant wil je kind je pijn doen, terwijl deze aan de andere kant juist een gevoel van liefde ervaart. (“Ik zou je wel willen slaan, maar ik vind je ook heel lief”). Probeer hier als ouder begrip voor te tonen en het te benoemen. Gevoelens erkennen dus, niet te verwarren met gedrag accepteren: dat zijn namelijk twee wezenlijke verschillen. Een ding staat voorop: het is heel normaal en gezond om meerdere en tegenstrijdige gevoelens te ervaren. Een vermogen dat zich bij kinderen ontwikkelt tussen de gemiddelde leeftijd van vijf en zeven jaar. Heb je een hooggevoelig kind? Dan is dit vaak wat later. Zie het als een oefening voor het brein om te groeien. Hoe intenser alle gevoelens, hoe moeilijker het is om deze met elkaar te mixen. Maar… je weet het: oefening baart kunst. Iets waar wij ouders in moeten begeleiden. Voelen + benoemen = mengen Het voelen van verschillende emoties tegelijkertijd kan je dus begrijpelijk maken, door alle emoties apart te benoemen en de ruimte te geven. Ook is het zo dat emoties zich pas met elkaar kunnen mengen, als ze gevoeld worden. Het is daarmee éxtra belangrijk dat wij als ouders elke emotie bespreekbaar maken - en daarmee begrijpelijk. Is er geen ruimte om een bepaalde emotie te voelen, denk aan verdriet, dan kan emotionele verdoving ontstaan… en erger nog: zich diep gaan wortelen. Dat betekent dat de emotionele volwassenwording geblokkeerd wordt, waar je kind op latere leeftijd ongewild door achtervolgd wordt. Denk aan emotioneel onbereikbaar zijn, niet kunnen huilen en pijnlijke discussies uit de weg gaan. Onthoud: tegenstrijdige emoties hebben elkaar nodig. Wil je agressie bijvoorbeeld temperen, dan zijn kwetsbare gevoelens nodig. En met die wetenschap, wordt de kracht van échte aandacht - elkaar en onze emoties zien - nogmaals benadrukt. Door naar de simpele en beeldende versie De frustratierotonde Je snapt de boodschap: frustratie mag gehoord, gevoeld en geaccepteerd worden. Hoe moeilijk dit ook is, de praktijk leert écht dat inzicht in - en begrip voor - emoties het startpunt is voor positieve verandering. Want als we snappen waarom iets gebeurt en we ons begrepen voelen, is het makkelijker om acceptatie te vinden. Precies het doel van de frustratierotonde. Of ik hem zelf heb opgezet? Nope, het wiel hoeft natuurlijk maar één keer uitgevonden te worden. ;-) Deze tool is ontwikkeld door Gordon Neufeld, een ontwikkelingspsycholoog die je vaker voorbij ziet komen in mijn blogs. Door frustratie op een beeldende manier uit te werken, laat hij heel duidelijk zien wat de waardevolle rol van frustratie is in verandering en aanpassing. Ik heb natuurlijk al een inhoudelijke aftrap gedaan, maar hier ga ik de rotonde afslag voor afslag met je doornemen. Afslag #1: verandering ‘Verandering brengt weerstand’. Voor de beeldvorming nemen we het eerder omschreven speeluitje van je kind dat eindigt. Hij/zij is hier gefrustreerd over, want het was net zo leuk. De frustratie zal vrij snel afnemen als jij als ouder zegt dat er doorgespeeld mag worden. Kan dit niet - dus is er geen verandering mogelijk van de situatie? Dan wordt afslag #1 geblokkeerd en ‘rijdt’ kind - samen met zijn/haar frustratie - door naar afslag #2. Dit gaat gepaard met een hobbelige weg, waarin je kind van alles probeert om alsnog te mogen blijven spelen. Óók stuit hij op een enorme drempel die 'onveranderlijkheid' heet. Oftewel: de frustratie neemt toe. Afslag #2: adaptie/aanpassing ‘Wat we niet kunnen veranderen, moet ons kunnen veranderen’. Na een hobbelige rit komt je kind aan bij afslag #2. Het is hem/haar inmiddels duidelijk dat de situatie niet gaat veranderen en dat frustreert. De verkeersbegeleider (hoi, ouder!) springt bij en rolt een rode emotieloper uit. Hij creëert een veilige omgeving, waarin het kind bijvoorbeeld kan huilen en de ouder dat snapt, ontvangt en toelaat. Help je kind om de gevoelens van vergeefsheid (het onveranderlijke) te ervaren, door het te benoemen en er begrip voor te hebben (“Je baalt ervan hè, dat het niet mag. Dat is ook heel jammer”). Probeer het gevoel niet weg te nemen/ te laten stoppen, maar toe te laten. In verbinding. Afslag #3: Aanval/agressie ‘Agressie ontstaat, waar vergeefsheid niet gevoeld wordt.’ Voelt je kind de vergeefsheid niet? Dan zal de frustratie groeien en uiteindelijk omslaan in woede. Met een inmiddels goed gevulde rugzak vol frustratie ‘rijdt’ je kind volgas naar afslag #3, waar deze met armen zwaait en niet schroomt om een flinke trap uit te delen. Als ouder kan je onmacht voelen en vervallen in zaken als ‘straffen en belonen’. Dan wil ik jou vragen om de afslag te pakken naar het begin van dit artikel. Je snapt vast waarom. ;-) Het doel bij afslag #3 is om frustratie binnen de ouder-kindrelatie zo veel mogelijk te verminderen. Tips: Bied nabijheid Als ouder ben je de volwassene en ligt de verantwoordelijkheid bij jou. Ga niet in de aanval of de emotie uit de weg, maar biedt nabijheid. Creëer een veilige omgeving. Skip vormen van discipline Blijf zo ver mogelijk weg van iedere vorm van discipline of reacties die de afstand juist vergroten. Yep, het welbekende strafsysteem. Met een boog omheen rijden. Blijf in verbinding Als het mogelijk is: verminder ervaringen van fysieke/emotionele afstand. Ervaringen waarbij die nabijheid (veiligheid) geblokkeerd wordt. Rustig blijven Is er sprake van agressie? Reageert je kind met fysieke woede-uitbarstingen? Blijf rustig, stop de agressie, maar wijs niet met vingertjes. Wil je hier meer handvatten voor? Volg dan zeker mijn cursus ‘agressie, en nu?’ Time-out nemen en toelichten Is het nodig om zelf uit de situatie te stappen, omdat je het even niet weet of de emoties hoog oplopen? Doe dit dan én leg uit waarom je dit doet. Voor de oplettende lezer… Eerder benoemde ik niet alleen de frustratierotonde in de context van kind-ouder, maar ook in die van partners onder elkaar. Dit artikel draait natuurlijk om onze kinderen, maar ik wil toch van de gelegenheid gebruik maken om mee te geven dat de frustratierotonde ook toepasbaar is op andere type relaties. Is er een bepaalde frustratie die je bij je partner voelt, die terug blijft komen? Bijvoorbeeld dat deze niet genoeg in het huishouden helpt, te weinig aandacht voor je heeft of overal rommel achterlaat? Dan kan de frustratierotonde houvast en richting geven. Het moraal van het verhaal is dat oordeelvrije communicatie, inlevingsvermogen, acceptatie en verbinding kartrekkers zijn. Blijkt dat de situatie echt onveranderlijk is, dan ligt de kracht van verandering in jóuzelf. Dit is natuurlijk een kort-door-de-bocht uitleg, maar weet dat je áltijd terug kan vallen op deze tool. In de relatie met je kind dus, maar ook in de relatie met de volwassene die naast je staat. Behoefte aan professionele hulp op een van deze vlakken? Ik help jullie met liefde! GevoelsRijke afsluiter: frustratie vertelt een verhaal. Een verhaal van emoties, behoeften en gevoelens. Zeker bij kinderen is frustratie iets dat begeleid moet worden. Een emotie waar wij ouders niet alleen naar moeten luisteren, maar ook richting in moeten aangeven. Door de juiste afslag op de juiste manier te ‘pakken’, leer je jouw kind niet alleen omgaan met de minder fijne emoties in het leven, ook voorkom je dat deze op latere leeftijd emotionele blokkades ervaart. Als wij als ouders laten zien alle emoties welkom zijn, besproken en gevoeld mogen worden, dan leggen we een gevoelsRijke bodem voor de toekomst. Een bodem die ruimte geeft aan alle gevoelens, precies zoals het bij onze kinderen past.
door Kimberley Roerdink 21 februari 2025
“Tuurlijk, iedereen mag onzeker zijn!” en “onzekerheid onder mannen? Da’s heel normaal!”. In de Westerse samenleving moedigen we elkaar aan om kwetsbaar te zijn. Zoomen we in op mannen - vaders in dit geval - dan lijkt deze support ook te groeien. Toch is de diepere vraag niet of je het je omgeving gunt, maar jezélf. Is er ruimte om jouw eigen onzekerheid te ervaren? Mag je deze emotie van jezelf voelen? Ohja, verrassing: geen Kimberley-perspectief vandaag, wél dat van Bas. Vader van drie kinderen en… man van - jawel - Kimberley. ;-) Een mannelijk perspectief voor mannen die óók nog vader zijn - en af en toe onzeker. Man, wat een verwachtingen Ik, Bas dus, moet eerlijk bekennen dat ik ergens best onzeker (ha, daar is ‘ie al) was om dit topic open en bloot bespreekbaar te maken. Het is toch spannend om je zo kwetsbaar op te stellen. Deze blog kon eerder online komen, maar heeft om deze reden wat langer op zich laten wachten. Totdat ik me realiseerde dat dit exáct is waar het om gaat. Kimberley bijvoorbeeld, stelt zich (ook hier) regelmatig kwetsbaar op. Knap en mooi vind ik het, hoe ze dat deel van zichzelf aan jullie laat zien. Als persoon dus, bijvoorbeeld in haar blog over moeder worden zonder moeder, maar ook specifiek als ouder. Reality check: ouderschap wordt gevormd door een duo, meestal vader en moeder. Twee ouderfiguren die beiden menselijk zijn, met doodnormale gevoelens. Leuk én minder leuk. Want zeg nou zelf, vader die meeleest: willen wij stiekem niet de stabiele factor in het gezin zijn? Die sterke pilaar vormen? Altijd klaar kunnen staan? Man, wat een verwachtingen. Onderzoekt bewijst: veel vaders ervaren serieuze uitdagingen “Voor Bas is alles makkelijk”, “Bij Bas gaat alles vanzelf” en “Die Bas is superzelfverzekerd”. Slechts een kleine greep uit de grote vijver die ‘aannames’ heet. Dit is namelijk hoe mensen mij omschrijven, als ze afgaan op hoe ik overkom en wat ik uitstraal. Mooie complimenten natuurlijk, maar het is niet helemaal hoe de vork in de steel zit. Sterker nog: van binnen is dit absoluut niet zo. Als we het bijvoorbeeld hebben over ouderschap, verlang(de) ik een hoop van mezelf. Dat zie ik extra scherp, nu ik terugblik op bijna tien jaar vaderschap. Een periode waarin ik het aankijken van onzekerheden aanmoedigde, maar ik dit mezelf - hoe ironisch - totaal niet gunde. Want kom op: ik ben de man in het gezin, ik moet voor mijn gezin zorgen, ik ben de stabiele factor en ik mag niet falen. Herkenbaar? Dan ben je zeker niet de enige. Dat bewijst ook een uitgebreid onderzoek van BMJ Group: een wereldwijde kennisleverancier in de gezondheidszorg. De resultaten, waarin zevenendertig studies uit verschillende landen wereldwijd zijn bekeken, laten zien dat het overwegende deel van de vaders tegen serieuze uitdagingen aanloopt. De meest opvallende thema’s op een rij: De partnerrelatie verandert: van minder intimiteit tot meer conflicten Onzekerheid over de rol als kostwinner: ‘dit is mijn verantwoordelijkheid’ De meningen van buitenaf: van familie en vrienden tot omstanders Gevoelens van uitsluiting: omdat de moeder-kindrelatie zo sterk is Worsteling met traditionele mannelijkheidsidealen: de ‘perfecte’ man, vader, collega én vriend willen zijn “Ik ben de man in het gezin. Ik mag niet falen” Nu je weet dat je verre van de enige bent (best fijn, toch?), trek ik dit topic weer even naar mezelf toe. Schrijven over feiten is namelijk een, maar het persoonlijk en verdiepend maken: dat is waar de echte uitdaging ligt. Zoals omschreven legde ik mezelf behoorlijk wat druk op. Zo was ik bang om dingen verkeerd te doen, omdat Kimberley het in mijn ogen toch veel beter kon bijvoorbeeld. En zo voelde ik me regelmatig een ‘mindere’ ouder, omdat ik niet wist hoe ik met een lege batterij óók nog een leuke vader kon zijn. Die onzekerheid kon al in ‘kleine’ dingen zitten, die ikzelf dus ongewild groot maakte. Ga ik je in meenemen. Schaamte, stap opzij. ‘Broodtrommelperfectie’ Het klinkt misschien gek, maar ik wilde nooit de broodtrommels voor de kinderen klaarmaken. Kimberley doet dit namelijk zo goed. Nootjes, wat lekkers, precies genoeg. Alles wat onze kinderen nodig hebben, maar wel op zo’n manier dat het eruitziet als een feestje. Maak ik een broodtrommel klaar? Dan maak ik bij wijze van een boterham met pindakaas en doe ik er een zakje omheen, basta. Het ‘goed’ doen? Dat kon ik in mijn ogen niet. Hallo, onzekerheid. M’n partner die wél rust en aandacht heeft - ook na een drukke dag Ik heb een drukke baan, waarin ik veel op pad ben en sociaal ‘aan’ sta. Heb ik een lange dag gewerkt en veel vergaderd? Dan vind ik het lastig om daarna ook nog de juiste hoeveelheid rust en aandacht voor mijn kinderen op te brengen. In ieder geval niet de hoeveelheid die ik zou willen geven. Kimberley kan dat op zo’n moment wel, wat superfijn is. Toch kan ik het gevoel krijgen tekort te schieten. Niet aan mijn eigen maatstaven te voldoen. Daar is ‘ie weer: onzekerheid. Realisatiemoment #1: het gaat niet om die broodtrommel Even terug naar die ‘perfecte’ broodtrommel, want inmiddels weet ik dat het daar natuurlijk helemaal niet om gaat. Mijn (en jouw) kinderen zijn namelijk in de kern helemaal niet bezig met de inhoud, hoe perfect deze eruit ziet. Het gaat erom dat je als vader toch die broodtrommel maakt, ook al denk je dat je dit niet goed genoeg doet. Het gaat om de intentie achter de handeling. De oprechte aandacht. Dat je kind zich gezien voelt. Wat ik op zo’n moment denk, heeft niks te maken met wat mijn kinderen vinden. Het is mijn onzekerheid, geprojecteerd op een simpele broodtrommel - waardoor er dus een kans op verbinding verloren is gegaan. Zo gek kan het gaan, mannen. ;-) Realisatiemoment #2: je kids altijd 100% geven is niet realistisch Uit het raam met die perfecte broodtrommel, maar ook met het verlangen om je kinderen élk moment te kunnen geven wat ze nodig hebben. Ja, ik heb een drukke baan en ja, soms is mijn batterij gewoon leeg. Kom ik na zo’n drukke dag thuis en vragen mijn kinderen logischerwijs om aandacht? Dan weet ik dat ik het lastig vind om mijn emoties te reguleren. Wat mij helpt is om het even te laten bezinken. Een uurtje ofzo, als de kinderen op bed liggen en de rust is wedergekeerd. Dan klets ik er met Kimberley over. ‘Jij doet A, ik doe B, dat maakt me onzeker’. Dat is vaak de enige boodschap. Het hoeft niet opgelost te worden, ik verlang niet van Kimberley dat ze minder presteert zodat ik me beter voel. Het gaat erom dat je je gevoelens in je relatie kan benoemen. Echt waar: ik heb geleerd dat dit een wereld van verschil maakt. Als je het deelt, dan scheelt het immers de helft. Over dat praten gesproken: ik leerde dat het ook helpt om het met de kinderen te delen. Natuurlijk wel in een bepaalde mate. Álles wat je voelt delen is niet handig, ze moeten jou en je gevoel niet gaan dragen, dat is niet gezond. Wel helpt het mij om uit te leggen wat ik voel. Dan snappen zij waarom ik het ene moment wat meer kan hebben dan het andere. Voorbeeld: “Lieverd, ik heb een zware dag gehad, ik heb hier nu geen geduld voor. Het lukt eventjes niet. Dat ligt niet aan jou, maar aan mij. Daarom neem ik afstand en neemt mama het even over.” Leren door te ondergaan Nu je dit leest, kom ik misschien heel ‘wijs’ over, maar laten we het vooral realistisch houden. Ik heb dit moeten leren door het te ondergaan, en ik onderga het nog steeds. Dealen met onzekerheden begint bij inzicht krijgen, waarna je er continu aan moet blijven werken. Het zijn patronen die je niet een, twee, drie doorbreekt. Nog steeds voel ik die drukkende emoties en kan ik overvallen worden door onzekerheid. Het verschil is alleen dat ik het nu herken én het bespreekbaar maak met Kimberley - en nu ook met jullie. Een belangrijk onderdeel waarmee je de eerste stap zet naar duurzame verandering. Dankjewel dus, daarvoor. Ik vind namelijk steeds meer mannen in mijn omgeving waar ik dit mee kan bespreken en gun jou die ook. Weet wel: soms zet de ander die stap niet en is het aan jou om dit te doen. Blijf dus goed aanvoelen waar je behoeften liggen en laat je niet tegenhouden door… onzekerheid. ;-) Onzekerheid overboord! doe je een gek dansje mee? Oké, weer even terug naar jou. Je bent nog steeds aan het lezen, dus de kans is groot dat je zaken herkent. Kijkend naar het onderzoek waarover ik eerder schreef, is het aannemelijk dat je je misschien ook iets te veel van je omgeving aantrekt. Heb je bijvoorbeeld weleens gek gedanst of gehuppeld met je zoon of dochter? En dan niet perse binnen de vertrouwde vier muren van je huis, maar ‘open en bloot’ op straat? En dan bedoel ik zonder schaamte - inclusief gekke bekken? Ja? Super, blijf dat vooral doen! Nee? dan wil ik je uitdagen daar per vandaag verandering in te brengen. Nee, je hoeft je kind niet abrupt mee naar buiten te sleuren voor een ongewilde danssessie, maar je kan dit wél spontaan inzetten als het moment zich daarvoor leent. Ziet het er gek uit? Nou en. Kijken omstanders? Boeiend. Hoor je gelach? So what. Zal ik je eens wat verklappen: niets is mooier dan een gezin plezier zien hebben, zonder zich begrensd te voelen. Zal ik je nog iets veel mooiers verklappen? Dat is niet eens waar het uiteindelijk om gaat (hoe leuk andermans mening ook is). Het gaat erom dat jullie het leuk hebben. Jij samen bent met jouw kinderen. Je aandacht voor ze hebt en laat zien dat schaamte nooit nodig is. Want, zoals Kimberley heel vaak benadrukt in haar blogs: wij ouders zijn het goede voorbeeld voor onze kinderen. Oftewel: stel jezelf de vraag: ‘Welke vader wil ik voor mijn kinderen zijn?’. Het voor jou zékere antwoord volgt dan vanzelf. GevoelsRijke afsluiter: wij vaders zijn nét mensen. ;-) Onzekerheden, schaamte, bang om fouten te maken, veel van onszelf verlangen. Gevoelens die er allemaal bijhoren - en waar we ons niet voor hoeven te schamen. Wel wil ik je meegeven om je niet te laten beperken door eigen overtuigingen of meningen van anderen. Om jezelf te bevrijden van deze onnodige last. Onze kinderen willen gewoon dat we er zijn. Écht zijn. Met oprechte aandacht en onvoorwaardelijke liefde. Wat wij denken, is niet wat zij denken. En wat wij voelen, is niet wat zij voelen. Geef je onzekerheden de ruimte, praat erover, kijk ze aan en leer ervan. Elke dag opnieuw. Neem het van mij aan: je kinderen zullen je dankbaar zijn. Nu, in dit moment, maar ook later: als ze die mooie GevoelsRijke volwassenen zijn.
door Kimberley Roerdink 20 februari 2025
De decembermaand is in aantocht - net zoals Sinterklaas. Althans, als we het sprookje mogen geloven dan. Waar deze vertelt dat deze goedheiligman via de stoomboot uit Spanje komt, kiezen wij - mijn man en ik - er bewust voor om eerlijk te zijn tegen onze drie kinderen. Of we deze periode niet vieren? Zéker wel! Sterker nog, onze eerlijkheid in combinatie met het magische denken van onze kids is - om in sinterklaastermen te blijven - heilig. Het échte verhaal en de fantasieversie bestaan namelijk naast elkaar. Een cadeautje voor ons als ouders én natuurlijk: voor de kids. Die drukke december? Meningen van anderen? Mijn ervaringen? Nuttige tips? Je vindt het in deze blog. Damn, december = druk Laten we er niet omheen draaien: december = druk. En dat niet alleen: ook de aanloop daarnaartoe vraagt extra veel van ons als ouders en kinderen. Grote kans dat je kind met behoorlijke spanning uitkijkt naar de komst van Sinterklaas - en hier al weken van tevoren mee bezig is. Ondertussen gaan school, de zwemles, die wekelijkse sportactiviteit en speelafspraakjes gewoon door. Yep, druk dus. Goed is om (in deze context) niet elk kind over een kam te scheren. Zo zal het ene kind vooral heel blij zijn als deze denkt aan onze goedheiligman, terwijl het andere kind - vaak de meer gevoelige - extra veel angst en spanning voelt. Prikkels die een kind niet altijd goed kan verwerken, met bijvoorbeeld nachtmerries, driftbuien en buikpijn als resultaat. Als ouder snap ik dat dit niet altijd even leuk is, maar de verklaring is logisch. Daarvoor neem ik je mee naar het kinderbrein… Kijkje in het overprikkelde kinderbrein Bovenstaande activiteit van het (kinder)brein, ook wel zintuiglijke prikkelverwerking genoemd, is het vermogen om informatie uit ons lichaam en de omgeving via de zintuigen op te nemen, te verwerken en daarop te reageren. Dit proces gaat de hele dag door, waarbij het brein zelf filtert hoe belangrijk elke prikkel is. Bij het ene kind zal bijvoorbeeld het Sinterklaasjournaal als zachte en fijne prikkel binnenkomen, terwijl bij het andere kind die prikkel een stuk harder en scherper is. Logisch: het ene kind is gevoeliger dan het ander. Zoals gezegd (en zoals je waarschijnlijk zelf ervaart) zijn er in december dus meer prikkels. Dit zijn er vaak zoveel, dat het kinderbrein dit niet helemaal goed kan verwerken. Een beetje vergelijkbaar met wanneer je kind ziek is, gestrest of moe bijvoorbeeld. Dan heeft het brein ook meer moeite met het verwerken van prikkels. Waarom? Omdat deze nog vol in ontwikkeling is én de energie er simpelweg niet is. Terug naar die decembermaand. Al deze prikkels kunnen dus zorgen voor overprikkeling, zéker bij gevoelige kinderen. Hierdoor kan het kind zich bewust worden van álle prikkels. Want: het brein kan de prikkels niet meer goed filteren. Dus… is jouw kind in deze periode sneller boos, vaker huilerig of regelmatig defensief? Dan kan dit zomaar een verklaring zijn. Zo, is dat ook weer opgehelderd. Sinterklaas als pressiemiddel? Stop! Nu we het toch over die overprikkeling hebben, wil ik deze ook met je delen. Wat namelijk ook niet bijdraagt aan het spanningsniveau van je kind, is het welbekende beloningssysteem. Je weet wel, de ‘sinterklaaseditie’, waarbij ouders dingen roepen als “Je krijgt alleen cadeautjes als je lief bent”, “Sinterklaas weet alles, dus gedraag je!” en “Als je stout bent, ga je in de zak mee terug naar Spanje”. Angst zaaien dus, met een leuke verpakking eromheen. Zullen we bij deze afspreken dat we daar acuut mee stoppen? ;-) Waarom wij eerlijk zijn over het Sinterklaasverhaal Die gevoelige kinderen die ik hierboven omschrijf? Daar horen die van ons bij. Dat betekent dat ze over het algemeen gevoeliger zijn voor prikkels en sneller angsten ervaren. Iets wat ouders vaak terugzien rond de decemberperiode. Het voelt goed dat mijn kids de scherpste spanning niet voelen, omdat ze van jongs af aan het echte verhaal kennen. Tegelijkertijd vieren we het wél met elkaar, waardoor er vooral veel vreugde en gezelligheid is. Ideaal! Daarnaast vinden mijn man en ik het ook gewoon fijn om eerlijk te zijn, daarin ons gevoel te volgen. En gelukkig: elk jaar voel ik weer de bevestiging dat we als gezin hier de juiste keuze in maken. Dat dit voor óns de juiste manier is. Op een eerlijke en oprechte manier genieten we van het feest, van het verhaal van Sinterklaas/de pieten en het vullen van de schoentjes. Loopt de spanning hoog op of komen er vragen? Dan horen ze hoe het zit. ‘Een beetje dubbel’, hoor ik je denken, maar niets is minder waar. Bij kinderen tot ongeveer zeven jaar lopen fantasie en werkelijkheid namelijk door elkaar. Wat dat brengt? Wonderlijk mooie situaties, voor kids én ouders. Voorbeelden uit ons gezin zie je hieronder… Waarheid met een vleugje kindermagie Ze weten dat wij de cadeautjes kopen én bedanken tegelijkertijd Sinterklaas Ze herkennen het inpakpapier én zingen tegelijkertijd liedjes bij het schoen zetten (‘want dat hoort bij Sinterklaas') Ze weten dat het Sinterklaasjournaal een verzonnen verhaal is én kijken het tegelijkertijd met grote verwondering Ze snappen dat Sint en piet verklede mensen zijn én zijn tegelijkertijd in hun nopjes als ze een high five krijgen van een Sint of Piet in het winkelcentrum (Ongevraagde) meningen van andere ouders Al die meningen en oordelen. Als mens, maar zeker ook als ouder, ontkom je er niet aan. Verjaardagspartijtjes, onderwijs, kleding, voeding en omgangsvormen: grote kans dat ook jij ongevraagde meningen voor je kiezen krijgt. En vervelender nog: dat je je dit persoonlijk aantrekt. Voor het Sinterklaasverhaal zal dat niet heel anders zijn. Waar de ene ouder zweert bij het ‘in ere’ houden van het verhaal, kiest de andere ouder ervoor om eerlijk te zijn. En weer een ander gezin weigert mee te doen aan deze ‘hele heisa’. Moraal van het verhaal? Elk gezin doet het op zijn eigen manier - en de kunst is om daar oké mee te zijn. Sommige mensen zullen het bijvoorbeeld overdreven of ongepast vinden dat wij het eerlijke verhaal vertellen. Zijn bang dat wij het feest voor onze én andere kids verpesten. Terwijl er aan de andere kant juist weer ouders staan die respect hebben voor onze keuze. Meningen van anderen kunnen zwaar binnenkomen, maar ze zullen er altijd zijn. De vraag is: wát past er bij jullie als gezin? En wat weegt er zwaarder: je eigen gevoel - of dat van een ander? Wanneer & hoe vertel je het je eigen kind? Ben jij ‘team’ het echte verhaal? Dan kan ik me voorstellen dat je het misschien lastig vindt om te bepalen wanneer en hoe je dit vertelt. Over de ‘wanneer’: ik denk niet dat daar een specifiek geschikt moment voor is, alhoewel ik voor het slapengaan afraad. Kijk vooral naar je eigen kind. Is er bijvoorbeeld een moment dat er plots veel vragen komen? Dan zou dit een geschikt moment kunnen zijn om eerlijk te zijn. Ook kan je ervoor kiezen om het zelf te introduceren (“Wat weet jij over Sinterklaas” of “Zal ik het echte verhaal vertellen?”). Zorg in beide gevallen wel dat je voor jezelf duidelijk hebt wat je wilt vertellen, zodat je verhaal helder overkomt. Over de ‘hoe’: een tip is het luisterboek van insta-vriendin én pedagoog Anouk van der Lucht. Dit verhaal, dat de naam ‘Hoe de Sint, Sinterklaas werd’ draagt, neemt je kind op magische wijze mee in de ontstaansgeschiedenis van het Sinterklaasfeest. En ohja, ze schreef er ook een blog over, waarin je meer tips vindt. Zeker je aandacht waard! Persoonlijk inkijkje “Wij vertellen ieder jaar opnieuw over Sinterklaas die echt bestond. En dat we dit jaarlijks rond 5 december naspelen met elkaar. Komen er vragen? Dan geef ik openheid. Soms blijven ze heilig geloven - daar is dan ook ruimte voor.” “En al die andere kinderen dan?” Nieuwsgierig: hoe denk je hier zelf over? Voel jij je verantwoordelijk voor de informatie die andere kinderen krijgen? Is dat een reden om je eigen gevoelens, waarden en opvattingen te parkeren? In mijn ogen is het belangrijk om vooral dicht bij jezelf te blijven, natuurlijk wel met respect voor de ander. Gelijk een mooie les die je je kind meegeeft! Naarmate onze kinderen ouder werden, heb ik uitgelegd dat alle ouders zelf kiezen wat ze vertellen over het Sinterklaasfeest. En dat wij met elkaar hebben afgesproken dat ouders de waarheid vertellen. In alle zeven jaren dat onze kinderen naar school gaan, heb ik er nog nooit ingewikkelde situaties mee gehad. Mijn ervaring is ook dat kinderen hun eigen waarheid hebben. Als een kind gelooft en een klasgenoot zegt dat Sinterklaas niet bestaat, is de kans groot dat deze reageert met ‘Echt niet, Sinterklaas bestaat gewoon’. Eigen beleving dus. Samengevat: eerlijkheid verpest het niét voor kids Zeker bij gevoelige kinderen: minder spanning, meer plezier Bij kinderen tot gem. zeven jaar: waarheid en fictie lopen door elkaar Dicht bij jezelf blijven = ook een mooie les naar je kind toe Je bent verantwoordelijk voor je eigen kids, niet voor alle anderen Kinderen hebben hun eigen waarheid - en ook die kunnen naast elkaar bestaan 7 x tips voor een ontspannen Sinterklaas Je bent wijzer over het kinderbrein, weet waarom ik eerlijk ben over Sinterklaas, snapt de kracht van kindermagie én hebt tips voor de ‘wanneer’ en ‘hoe’ in het vertellen. Nu is het tijd voor tips ter ontspanning, omdat we allemaal een fijne Sinterklaasviering verdienen. Juist, op onze eigen manier. Kijk daarom vooral welke tips bij je passen. Niks moet, alles mag. 1. Vier Pakjesavond in de ochtend of middag Kijk ik naar mijn eigen jeugd, dan vierden we pakjesavond altijd in - jawel - de avond. Tuurlijk, het donkere heeft iets magisch. Toch werkt het voor ons gezin niet. Wat we deden? Pakjesavond werd Pakjesochtend of -middag! Het weekend voor 5 december vieren we in de ochtend- of middaguren het Sinterklaasfeest. Groot voordeel? De kinderen kunnen de rest van de dag genieten van hun cadeaus! Ook is er minder ruimte om de spanning op te laten lopen, waardoor naar bed gaan ook weer soepeler verloopt. Aanrader! 2. Beperk het aantal activiteiten (niks moét!) De zomer is nog maar net voorbij en de pepernoten liggen alweer in de schappen. En wat denk je van de intocht van Sinterklaas, het dagelijkse Sinterklaasjournaal en de hele rits met festiviteiten? Schoentje zetten hier, geknutseld schoentje daar. En ohja: vergeet de vieringen op papa of mama’s werk, bij familie, op school en in het winkelcentrum niet. Error alert? Dan is dit jouw signaal dat kiezen óók kan. Niets moet, alles mag. Sterker nog: door minder te kiezen, kan je meer aandacht per onderdeel schenken. Da’s pas écht leuk! 3. Zet dat schoentje overdag (of buiten) Veel kinderen vinden het spannend om ‘s avonds voor het slapengaan hun schoentjes te zetten. Ze zijn bijvoorbeeld bang dat Sinterklaas het huis binnenkomt of kunnen door opwinding/spanning niet slapen. Een mooi alternatief? Het schoentje overdag laten zetten. Wanneer je deze dan vult? Voor thuiskomst van school, als je samen weg bent geweest of als je kind even naar boven is bijvoorbeeld. Andere optie om de spanning te verminderen? Het schoentje buiten laten zetten. Dan hoeft die enge goedheiligman niet naar binnen. ;-) 4. Houd het klein en persoonlijk Cadeaus… ze lijken zo ongeveer mee te groeien met onze kinderen. Ouders lijken steeds groter uit te pakken, maar de vraag is: voor wie doen we dat eigenlijk? Mijn tip: durf het klein te houden, maar stop er wel extra liefde en persoonlijke aandacht in. Een cadeautjesregel kan hierbij helpen. Denk aan: iets wat je kind écht wil, iets wat deze écht nodig heeft, iets wat gedragen kan worden of juist een creatief item. Wat werkt het beste voor jullie? 5. Focus op je kind, niet op wat jij kent/wilt Yep, weer die persoonlijke aandacht dus. Sommige ouders houden graag vast aan wat ze kennen (uit hun jeugd) of willen, waardoor ze missen wat het kind zélf wil. Bouwt je kind veel spanning op in de aanloop naar 5 december? Dan doe je deze een groot plezier door aanpassingen te doen. Voel aan en durf bij te sturen. Je bepaalt zelf je koers. 6. Plan meer rustmomenten in In het begin van deze blog las je het al: de laatste weken van het jaar zorgen voor extra prikkels. Bij kinderen, maar ook bij jezelf. Niet alleen de komst van Sinterklaas heeft impact, maar ook de vollopende agenda met borrels, activiteiten en kerstetentjes. Heel logisch dus, dat de lontjes korter worden en emoties oplopen. Probeer hier ruimte aan te geven en regelmatig een rustmomentje in te plannen. Voor je kids, maar dus ook voor jezelf. 7. BLIJF. DICHT. BIJ. JEZELF In de herhaling, want ik kan het niet vaak genoeg zeggen. Doe wat goed voelt voor jou en je kind. Sinterklaas kan je simpelweg niet ‘goed’ of ‘fout’ vieren, als je doet wat bij jullie past. Meningen van anderen zullen er altijd zijn - en het is aan jou om voor jezelf te blijven staan. GevoelsRijke afsluiter: eerlijkheid is mooi - net zoals de magische kijk die kids op de wereld hebben. Het eerlijke Sinterklaasverhaal is er eentje dat kinderen door hun eigen, unieke bril bekijken. Een verhaal waarin geen waarheid zit, maar vooral beleving. Een beleving die persoonlijk is en door elk kinderbrein anders wordt gefilterd. Kijk wat voor jou als ouder werkt, maar ook wat prettig is voor je zoon/dochter. Door het diepgewortelde Sinterklaasfeest niet klakkeloos over te nemen, maar om te buigen naar jullie als gezin, maak je deze pas echt geslaagd. En geloof me: da’s het grootste cadeau wat je jezelf én je kind geven kunt. Gezellige (en ontspannen) decembermaand!
door Kimberley Roerdink 20 februari 2025
Daar staan jullie weer, recht tegenover elkaar. Je kind stampvoetend en gillend in protest, jij met je handen in het haar en zoekende naar de snelste oplossing. Hup, voor je het weet gooi je die time-out in de strijd. Een lekker pauzemomentje waarbij je jouw kind naar zijn/haar kamer sleept, zodat deze eens goed kan nadenken over dat ‘slechte’ gedrag. Na een fysieke worsteling trek je de deur van de slaapkamer dicht - in de hoop dat je kind over een kwartiertje gekalmeerd én een stuk wijzer de trap afloopt. Oké, spiegel erbij: wie houd je hier nu voor de gek? Niet alleen je kind, maar ook jezelf. Want: in plaats van de échte emoties te ‘zien’, duik je er voor onder. Klinkt verdacht veel als een afwijzing, niet? Ik zeg: time- en tune in, want dat kan beter… Lekker op adem komen, toch? Tuurlijk, time-outs lijken een logische oplossing. Ze zijn (hopelijk) niet gewelddadig, maar trekken toch de aandacht van je kind. Het geeft een rustpauze als de emoties hoog oplopen, waarin beide partijen op adem kunnen komen. Maar… zo’n time-out richt zich totaal niet op die dieper liggende gevoelens en emoties. Je weet wel, alles wat er borrelt ónder dat hinderlijke gedrag. Je focust puur op het veranderen van gedrag, terwijl de duurzame en liefdevolle oplossing zit in het ‘horen’ en ‘zien’ van de emoties en gevoelens eronder. Als je die weet te bereiken en daar - keer op keer - oprechte aandacht voor hebt, dan zal dat hinderlijke gedrag sneller afnemen - of zelfs minder vaak voorkomen. Met een time-out ga je tegen de haren van zo’n begripvolle ouder-kindrelatie in. Zo’n pauze is eigenlijk een hele duidelijke vorm van straffen, waarbij je indirect zegt dat minder fijne emoties niet welkom zijn. En je weet hoe ik tegenover het concept ‘straffen en belonen’ sta, samen met héél veel ervaren onderzoekers…. Een time-out van verbinding. Oeps… Nu we het toch over die onderzoekers hebben: onder andere Alfie Kohn bewijst dat belonen en straffen het gedrag van kinderen niet verbetert. Een studie van het National Institute of Mental Health bevestigt dit nog eens dubbel. Deze laat zien dat kinderen die met time-outs worden gestraft, zich daarna juist sléchter gaan gedragen dan kids die géén time-outs krijgen. Precies: het tegenovergestelde effect dus. Wat mij betreft totaal geen verrassing, want uiteindelijk hebben alle kinderen - alle mensen - behoefte aan het gevoel van verbondenheid. En laat zo’n time-out nou letterlijk een time-out zijn van die verbinding. Een overschot aan scheurtjes (= time-outs) in die verbinding, veroorzaakt uiteindelijk een groot gat. Een mooie reden om die verkapte negeerknop de deur te wijzen en de gevoelens van je kind juist binnen te laten. Lichaam en geest communiceren met elkaar Wanneer we uitdagend gedrag, om het zo maar even te noemen, gaan behandelen met vluchtgedrag (time-out dus), verstoor je de balans tussen lichaam en geest. De kunst is juist om te voelen wat er aan de hand is. Er naar te luisteren, het te bespreken. Om lichaam (gedrag) en geest (gevoelens) aan elkaar te koppelen. Beide staan namelijk nauw in verbinding met elkaar - en kan je simpelweg niet lostrekken. Onze obsessie met time-outs is volgens Mona Delahooke, gerenommeerd kinderpsycholoog, een weerspiegeling van verouderde opvattingen dat al het gedrag gemotiveerd is. Tuurlijk, time-outs zijn beter dan het gebruik van geweld, laten we daar duidelijk over zijn. Op de lange termijn zien we echter wel dat time-outs hinderlijk gedrag juist verergeren. Dat wat we willen bereiken (beter gedrag) juist niet wordt bereikt. En dat brengt me bij het onderstaande lijstje… 6 x redenen om die time-out de deur te wijzen Je plant een giftig zaadje: ‘Ik voel me een slecht mens’ Ja, dat is wat een kind voelt, als jij time-outs inzet. Je bevestigt het vermoeden dat deze slecht bezig is, waardoor niet alleen het zelfbeeld verslechtert, maar ook het hinderlijke gedrag toeneemt. Want: mensen die zich slecht over zichzelf voelen, gedragen zich ook slecht. Ik zeg: doorbreken die cirkel. Je gaat emoties uit de weg, in plaats van deze te ‘zien’ Stuur je een kind alleen naar de slaapkamer of strafhoek, dan trek je deze letterlijk uit de situatie én ontneem je hem/haar de kans om met de emoties om te gaan. Ja, hij/zij zal vast tot rust komen in die time-out, maar emoties herkennen en begrijpen? Daar is geen ruimte voor. Helpend en ondersteunend? Vul maar in. Je triggert de angst voor verlatenheid Ai, die doet pijn om te lezen, hè? Time-outs worden aangedreven door angst. Je verbant een kind, terwijl deze eigenlijk signalen geeft je juist nodig te hebben. Met een pauze-moment trigger je de angst om verlaten te worden, waardoor het kind zich gedwongen voelt om te gehoorzamen. Niet omdat deze de situatie begrijpt, maar puur omdat deze bang is om jou kwijt te raken. Oneerlijk én schadelijk dus. Je moedigt het onderdrukken van emoties aan Nope, niet letterlijk, maar het is in feite wel wat er gebeurt. Wat je eigenlijk zegt? Dat enkel ‘positieve’ emoties welkom zijn - en dat ‘negatieve’ emoties worden bestraft. Emoties die elk kind - elk mens - heeft en heel normaal zijn. Strooi je te vaak met time-outs, dan kan je kind deze ‘negatieve’ emoties onbewust gaan onderdrukken. En we weten allemaal wat er gebeurt met de deksel op een pan die overkookt… Time-outs zijn ‘voer’ voor machtsstrijd Een time-out is hét ingrediënt voor een gezellig machtsspelletje. Van een woordenwisseling tot een fysieke worsteling: met alle macht probeer je jouw kind naar die time-out te slepen. Deze voelt zich ongezien en krijgt in zijn/haar pauze-moment alle tijd om wraakfantasieën te creëren. Niet gek, want voor zij/haar gevoel begin jij met wraken. En jij… jij geeft het goede voorbeeld, toch? ;-) Je legt het probleem bij je kind = blind voor oplossing Met een time-out zeg je eigenlijk dat je kind fout bezig is - en dat hij/zij het probleem is. Maar wist je dat je hierdoor ook blind wordt voor de échte oplossing? De key is namelijk dat jij je kan inleven in je kind - en zo snapt waar de gevoelens, emoties en gedragingen vandaan komen. Een time-out creëert letterlijk en figuurlijk afstand en helpt daarmee escalaties juist in de hand. Willen we niet! Kleine uitzondering op het skippen van de time-out… Voordat we doorgaan naar een effectieve tegenhanger, wil ik benadrukken dat een time-out voor ons als ouders wél helpend kan zijn. Wanneer een situatie je te veel wordt bijvoorbeeld. Of als je voelt dat je de controle dreigt te verliezen. Zo stap ik zelf soms ook uit een situatie en benoem ik dit naar de kinderen. Nu zij ouder worden, zie ik dat ze dit zelf soms ook doen als die behoefte daar is. Ja, een time-out uit eigen ouderlijke beweging nemen is dus zeker een goed idee, maar enkel als de intentie is om zélf tot rust te komen/na te denken/afstand te nemen. Niet om jonge kinderen uit een situatie te trekken, terwijl ze een chaos van gevoelens ervaren. Oftewel: kinderen kunnen het nemen van een time-out leren, maar wel met behulp van een ervaren ouder. Neem je afstand? Geef dan duidelijk aan waarom. Wil je grenzen aangeven? Dan kan je er voor kiezen om sámen uit een situatie te stappen. Het gaat allemaal om de intentie, waarin er altijd ruimte is voor gevoelens en emoties. Bye, time-out! Time-in is taking over Genoeg over die time-out, want de oplossing is vele malen leuker. Althans…. áls je wilt afrekenen met bovenstaande effecten, maar die leg ik even bij jou. ;-) Ik presenteer: de time-in. Het tegenovergestelde van een time-out en daarmee precies wat een kind nodig heeft. Door (met elkaar) in het moment te zijn, werk je juist aan het ‘zien’ en ‘horen’ van die emoties. Niet alleen kan jij je kind zo beter begrijpen, ook leert je kind zichzelf en zijn gevoelens beter te begrijpen. Door gevoelens op te merken en er woorden aan te geven, werken kids aan het vergroten van hun emotionele competentie. Belangrijk is wel dat je dit in een veilige omgeving doet, zodat je kind de (mentale) ruimte voelt om zichzelf stapje voor stapje bloot te geven. Lukt het je om dit samenzijn regelmatig in te lassen en die afstandelijke time-out de deur te wijzen? Dan creëer je voor je kind een ruimte waarin álle emoties welkom zijn. Een plek waar deze zich geliefd en gesteund voelt, terwijl deze tegelijkertijd leert om effectief met gevoelens om te gaan. En dat allemaal met jou als supporter aan zijn/haar zijde. Hoe waardevol en warm is dat? Inlevingsvermogen, geduld en begrip Wie zoekt naar een specifieke handleiding voor een time-in, moet ik helaas teleurstellen. Het hele ding met een time-in is dat je als ouder aanvoelt wat je kind nodig heeft. Dat vergt inlevingsvermogen, geduld en begrip. Je kind kan bijvoorbeeld eerst op afstand met zijn knuffel willen spelen, misschien wel een knuffel van jou willen of juist iets willen zeggen. Het gaat erom dat je jouw zoon of dochter probeert te snappen - bij die onderliggende emoties kan komen - en de belevingswereld leert te begrijpen. Vanuit daar kan je vanuit verbinding die time-out succesvol invullen. Maar succesvol, da’s dus altijd persoonlijk. En je weet ‘t: het goede voorbeeld wordt gegeven door… JOU! Ik kan het niet vaak genoeg zeggen, maar jij als ouder hebt invloed op hoe je kind zich gedraagt. Je kan nog zoveel roepen en aanleren, maar kinderen kopiëren uiteindelijk toch het gedrag van hun ouders. Dit is een natuurlijk instinct - en daarmee een zegen of juist een vloek. Of het een zegen of een vloek is, heb je dus zelf in de hand. Ben jij geneigd om in lastige situaties te gaan gillen, met je vinger te wijzen en boos te worden? Dan is de kans groot dat je zoon of dochter dit gedrag imiteert. Blijf je rustig, ga je het gesprek aan en laat je zien dat emoties er mogen zijn? Dan is de kans groot dat je kind dit overneemt. Dat deze voelt dat zijn/haar gevoelens oké zijn en erover durft te spreken, in plaats van te vluchten. De voordelen van een time-in Ik zeg: pak het lijstje met de nadelen van de time-out erbij, want precies het tegenovergestelde is wat je krijgt als je kiest voor een time-in. Zoals omschreven helpt het bij het vergroten van de emotionele competentie van je kind, maar ook zaken als zelfbewustzijn, empathie en probleemoplossend vermogen krijgen de kans om te groeien. Lukt het je om tijdens uitdagende situaties met elkaar in verbinding te komen, op een manier die passend is voor jullie, dan ervaren jullie het volgende: Het werkt verbindend De relatie tussen jou en je kind krijgt een krachtigere basis. Je kind voelt zich goed over zichzelf En ook opgelucht trouwens, want deze kan zijn eerlijke ei kwijt bij jou. Je kind leert dat álle gevoelens er mogen zijn Van leuk tot minder leuk: voelen is menselijk - en die boodschap geef jij mee. Je kind leert dat ‘ie op hulp mag rekenen, als deze dit nodig heeft Want afzondering? Dat is niet jullie manier. Luisteren en invoelen? Dat wel. Je kind voelt zich begrepen, gezien en gehoord En dat allemaal omdat jij een veilige omgeving creëert. Schouderklopje! Veiligheid van ouders = altijd dichtbij De basisbehoefte waar elk kind behoefte aan en recht op heeft. Een time-in brengt ons dichter bij onszelf… en elkaar Terwijl een time-out juist boze gevoelens en afstand triggert. De boodschap lijkt me duidelijk. Time-in = in! Van tegenstander naar medestander De belangrijkste behoefte van een kind is hechting. Hechting aan een ouder die een veilige omgeving creëert. Hechting aan een volwassene die de leiding neemt in de ‘reis’ om zo authentiek mogelijk volwassen te worden. Een time-out ‘straft’ een kind door die hechting tijdelijk af te nemen, omdat hij/zij ongewenst gedrag vertoont. Het brengt kinderen in staat van stress, met de boodschap dat dit hen zal leren om zich beter te gedragen. We gaan voorbij aan de emoties en gevoelens onder het gedrag, terwijl dat juist is waar de oplossing (=verbinding) ligt. Wil je hechting creëren, dan is het belangrijk dat je kind jou als medestander (time-in) ziet - en niet als tegenstander (time-out). Een héle belangrijke, want als team sta je áltijd sterker. Conclusie? Hechting = heilig De boodschap is helder. Verruil je de time-out voor de time-in en weet je dit structureel door te voeren? Dan zul je merken dat situaties minder snel escaleren en emoties beter begrepen worden. Zie een time-in als een uitnodiging aan je kind om zichzelf te zijn. Om alle emoties ‘mee te nemen’ - hoe mooi of moeilijk deze ook zijn. Een onvoorwaardelijke schouder waarop je kind kan leunen - en waarvan ‘ie weet dat deze er altijd is als hij/zij deze nodig heeft. Een verbinding die niet alleen zorgt voor een betere onderlinge relatie, maar ook voor een emotioneel sterkere ontwikkeling van je kind. Eentje waarmee deze doorgroeit tot een volwassene die op zichzelf én zijn emoties vertrouwt. Yep, hechting dus. Een basis die je op jonge leeftijd legt, maar waarvan je kind zijn leven lang de waardevolle vruchten plukt. GevoelsRijke afsluiter: weer even terug naar het intro, waarin je kind stampvoetend protesteert en jij met je handen in het haar staat. Wát nou… als je verder kijkt dan die stampende voetjes? Wat nou… als jij je handen uit je haren haalt? Verruil het idee van die time-out eens voor het plan van die time-in en laat je leiden door verbinding. Kom dichterbij elkaar, voel aan wat nodig is en geef je kind tijd en ruimte om gevoelens op te merken. Ben tegelijkertijd niet te streng voor jezelf, want verandering kost tijd. Dat betekent dat het niet meteen hoeft te gaan zoals je wilt, maar je wél onderweg bent. Deze uitdaging is voor jou, ouder die gaat voor onvoorwaardelijke liefde. Are you in or are you out? Het stuur is van jou.
door Kimberley Roerdink 20 februari 2025
Een huilende baby, meer dan dertig minuten lang. Terwijl ik op locatie een intervisiegroep begeleid, bereikt het gesnik via het open raam mijn oren. Mijn moederhart krimpt ineen. Dit klinkt niet als een huiltje om in slaap te komen, maar als pure paniek. Het baby'tje, dat in een buitenbedje ligt bij een kinderdagverblijf, krijgt tot dusver geen hulp van een van de begeleiders. Waar ik normaal het liefste onderduik bij moeilijke situaties, besluit ik hier op te komen voor dit kleine mensje. Ik loop er naartoe en ga polshoogte nemen. Achteraf zal blijken dat mijn moederhart het juiste ingaf - wat me brengt bij bovenstaande vraag. Want: je kind ergens achterlaten moet altijd juist voelen - én juist zijn. Bij deze: twaalf concrete tips. Van ouder, voor ouder. 30 minuten huilen, 0 respons Je bent vast nieuwsgierig hoe bleek dat mijn moederhart het bij het juiste eind had. Neem ik je in mee. Daar ga ik dus, geheel tegen mijn natuur in, naar het kinderdagverblijf. Zonder de kennis of er tussentijds iemand bij het baby'tje was gaan kijken, want daar heb ik geen zicht op, klop ik aan. Een dame, met een niet-heel uitnodigende houding, trekt de deur open. Ik deel wat ik wil delen. Over dat ik in een ruimte ernaast zit met een open raam - en hoe ik al meer dan een half uur een kindje hoor huilen. Of zij dit ook horen - en dat het in mijn oren klinkt alsof het huilende baby tje overstuur is. “Dat kan niet, hij ligt er pas net in”, reageert de vrouw, gevolgd door een niet-geruststellende “maak je geen zorgen”. Reality check: ‘dat doe ik dus wél’, denk ik bij mezelf. Dat is toch precies waarom ik nu kom inchecken? Geen gesprek mogelijk Met een nieuwsgierige houding reageer ik dat het inderdaad misschien verschillende kinderen zijn geweest die ik hoorde. En dat ik natuurlijk niet weet of ze af en toe bij het baby'tje is gaan kijken. Helaas, de boodschap wordt niet ontvangen. Er is geen gesprek mogelijk. Met een gevoel van ongenoegen en verdriet besluit ik het erbij te laten en wandel ik terug naar mijn eigen werkplek. Tuurlijk, ik snap dat het een momentopname is, dat de ruimere context ontbreekt en dat het me als moeder persoonlijk raakt… toch sta ik volledig achter de gedachte dat een kind zo lang overstuur in een bedje laten liggen niet oké is. Thuis niet, elders niet. Hoe dit verhaal afloopt? Dat vertel ik je verderop in deze blog. Eerst naar de concrete tips, ‘tot leven gekomen’ door deze situatie. Vraag jezelf af: ‘zou ik m’n kind hier naartoe brengen?’ Of ik een van mijn kinderen achter zou laten bij bovenstaande crèche? No way! Een vraag die je je als ouder altijd moet stellen, op het moment dat je keuzes voor locaties gaat maken. Of het nu voor zwemles is, voor school of opvang (in een bedrijf): je laat jouw kind bij anderen achter - mensen die mede-zorgers worden over jouw zoon of dochter. Dat betekent dat jullie elkaar moeten vinden in het denken en doen in opvoeden. Een diepgeworteld gevoel van waarden en opvattingen, zodat je erop kan vertrouwen dat je kind behandeld wordt op een manier waar jij achter staat. Dus já: je mag hier retekritisch in zijn en néé: je bent geen zeurende of veeleisende ouder. Je wilt het beste voor je kind, en dat maakt je juist een fantastisch mooie ouder. En tuurlijk: overal controle op hebben? Dat is vrijwel onmogelijk. Wel is het haalbaar om van tevoren zo helder mogelijk te krijgen met wie je te maken hebt, zodat jij met een glimlach én vertrouwen je kindje daar kan achterlaten. Door naar de tips! Tip #1: ‘lees’ de andere ouders/kids die er komen Afgelopen zomer was er een mooie ontmoeting tussen mij en twee andere ouders, hier in het park. “Toen wij bij die school gingen kijken, was jij er ook.”, sprak een van hen. “Je had ook een baby mee. Volgens mij was het een voorleesochtend of zoiets. Je straalde zoveel rust uit, dat wij tegen elkaar zeiden: als een ouder als zij voor deze school kiest, dan kan dit ook bij ons passen”. Iets wat ik al die jaren dus nooit wist, maar wat me nu werd verteld. Het bewijs dat iemands aanwezigheid bepalend kan zijn voor het maken van een keuze. Naar jou omgebogen: kijk om je heen wie er met jou aanwezig zijn, daar op locatie. Luister wat je lichaam je vertelt, of je je fijn voelt. Wat zie je, wat valt je op, vind je herkenning? Tip #2: ga (meermaals) langs, ook op niet-geplande momenten Al die open dagen en meeloopmomenten: hartstikke leuk, maar niet altijd een weerspiegeling van een normale dag. Weet dat je altijd de vrijheid mag pakken om op spontane en niet-gebruikelijke momenten aan te kloppen. Juist buiten die geplande dagen krijg je een realistisch beeld van hoe het er echt aan toe gaat. Hoe de sfeer is, welke energie er hangt en of er rust heerst - of juist chaos. Wil je het echt goed aanvoelen? Ga dan bijvoorbeeld een keertje of drie langs. Ga bij jezelf na hoeveel momenten jij specifiek nodig hebt - en welke momenten dit dan zijn. Dit kan trouwens ook ná je gemaakte keuzes gelden. Hierover meer in tip #10. Tip #3: checken: hoeveel en welk materiaal is er? Als je er toch bent… check dan ook gelijk even het materiaal. Hoeveel is er voor de kids aanwezig? Is de inhoud passend bij wat jij jouw kind wil meegeven? En hoe worden alle spullen opgeborgen (rust vs. chaos)? Een concreet voorbeeld: stel je voor dat er bij een gastouder iPads liggen voor peuters. Mijn gevoel schreeuwt dan direct ‘nee’. Zelf vind ik dit namelijk voor die kleintjes niet nodig - omdat ik weet hoe schadelijk schermen kunnen zijn. Geef mij maar open-ended speelgoed en spulletjes van hout. Als ik dat zie, voelt het vertrouwd en geeft het rust. Gevoel volgen dus. Tip #4: kletsen over voor jou belangrijke thema’s In de categorie ‘durf te vragen’: ga het gesprek aan over voor jou belangrijke thema’s. Stel bijvoorbeeld vragen over hun aanpak als er zorgen zijn vanuit school. Wat gebeurt er als jouw kind zich vaker afzondert/huilt/boos is? Hoe kijken ze naar gedrag en emoties bij kids? Hoe vieren ze uitjes/verjaardagen? Past dat bij dat wat je jouw kind wil meegeven? En ohja: hoe houden ze voortgang bij, geven ze bijvoorbeeld cijfers en is er ondersteunend personeel? Kijken we naar kinderopvang tot vier jaar, dan kan je ook vragen stellen over voeding, schema’s en regelmaat. Persoonlijk voorbeeld: toen wij gingen kijken voor de rondleiding op school, stond er een stoeltje op de gang. Ik wilde weten waar deze voor diende. Of dit bijvoorbeeld een strafstoeltje was (straffen = mijn allergie) of dat dit er met een andere reden stond. Belangrijke info, waar ik - door te vragen - het antwoord op kreeg. Tip #5: maak heldere keuzes: sta achter je voorkeur Krijg duidelijkheid over wat voor jou belangrijk is. Hoe wil je dat je kind opgroeit, wat wil je meegeven, welke omgeving stimuleert dit? Elke plek heeft zijn eigen visie en ‘geloof’. Een eigen manier van werken en kijken. Als jij een duidelijke voorkeur hebt, is het sterk om je keuze hierop af te stemmen. Kwesties waarover je kunt nadenken: grotere organisatie of toch kleinschalig? Kinderopvang, gastouder of familie? Kinderdagverblijf: agrarisch of bijvoorbeeld volgens de visie van Pikler? Type school: Jenaplan, Dalton, Vrije school of toch Montessori? Zwemles: methodiek, wel/niet mee kunnen kijken via ramen, duur van de lessen, individueel of groepsgericht, aantal afzwemmomenten en de pedagogische visie. Yep, een hoop om over na te denken, maar wel een must voor een duurzame keuze. Tip #6: verzamel ervaringen van anderen Iets ervaren door je eigen ogen is onmisbaar, maar het horen van ervaren van anderen een waardevolle aanvulling. Sterker nog: als het kindje van die andere ouder al jarenlang op die school zit, dan kan deze ouder je als geen ander vertellen hoe het bevalt. Hoe het eraan toe gaat. Vraag niet alleen waarom ze de keuze hebben gemaakt, maar ook of de keuze aan de verwachtingen voldoet. Waar zijn ze blij mee? En wat vinden ze minder prettig? Tip #7: neem niet direct genoegen met personeelstekort Klopt, er zijn tegenwoordig een hoop personeelstekorten binnen de kinderopvang (en ook op basisscholen). Toch zie ik genoeg plekken waar dit helemaal niet of nauwelijks het geval is. Het is goed om je af te vragen waarom er hier verschillen in zijn. Is er een personeelstekort? Vraag waar dit aan ligt en hoe ze hiermee omgaan. Onthoud: veel wisselingen in personeel is niet wenselijk voor je kind. Vind je een opvang op school die verder van huis is, maar waar het personeel steady is? Dan is dat zeker iets om over na te denken. Tip #8: staar je niet blind op keuringen en diploma’s Tuurlijk, die dame op de kinderopvang heeft geleerd voor dat wat ze doet. En ja: die school is door de keuring van de inspectie gekomen: ‘kijk die sticker maar!’. Toch wil ik je meegeven om je niet blind te staren op keuringen en diploma’s. Het is namelijk geen voorwaarde dat ze dezelfde normen en waarden in opvoeden als jij hebben. Nogmaals: die school of opvang wordt mede-opvoeder van jouw zoon of dochter. Zorg dat jullie met elkaar matchen - op professioneel én menselijk niveau. Precies dat samenspel, maakt een kloppend geheel. Tip #9: ervaar de overdracht: past deze bij jouw wensen? Van snel, kort en krachtig tot uitgebreid, open en met ruimte: hoe gaat de plek om met de overdracht? Belangrijk om te ervaren, voordat je volmondig ‘ja’ roept op jullie ‘co-parenting’. Je wilt niet weten hoe vaak ik op de drempel heb gestaan en gezeten - en zelfs in de klas ben gebleven om mijn kinderen op hun tempo te laten wennen. Nee, dat lukte écht niet altijd in combinatie met werk, maar waar het kon, deed ik het wel. Ging het niet zo lekker? Dan nam ik m’n kind weer mee naar huis. Dit vraagt stevigheid van jou als ouder, maar ook inlevingsvermogen vanuit de school/opvang. Probeer duidelijk te krijgen hoe zij hier tegenover staan. Geven ze jou als ouder de vrijheid om jouw kind op jouw manier te begeleiden, of kaderen ze dit meer in? Voor mij persoonlijk zou het een negatief effect hebben, als zij mij vertellen hoe ik het ‘moet’ doen. Dit geeft geen gevoel van vertrouwen, eerder ongemak. Vinden ze het lastig, dan kan je er altijd een gesprek over aangaan. Toch is het goed om in je achterhoofd te houden: hoe ze met jou als ouder omgaan, zegt ook veel over hoe ze met jou als kind omgaan. Tip #10: haal je kind op onverwachte + verschillende momenten op Hebben jullie een fijne plek voor je kind gevonden? Fijn! Extra tip is dan om je zoon of dochter op onverwachte en verschillende momenten op te halen. dit zijn (net zoals bij tip #2) de momenten dat je ziet wat er écht gebeurt, in verschillende situaties. Mocht je ooit iets zien wat schuurt, dan kan je daar direct het gesprek over aangaan. Ideaal dus. Tip #11: gevoel volgen, ouder, gevoel! Gevalletje ‘open deur intrappen’? Misschien, maar het is toch echt wel het meest waardevolle wat je als ouder, maar ook als ‘gewoon’ mens, kunt doen. Zoals ik eerder al schreef, breng je jouw kind bij iemand anders onder. Jij bent er niet - en moet erop kunnen vertrouwen dat die ander de zorg en liefde geeft die jouw kind nodig heeft. Waar jij achter staat. Sterker nog: in sommige gevallen moet je hem/haar élke dag met een gerust hart afdroppen. Dat is nogal wat, niet? ;-) Voel jij al bij de kennismaking dat je gevoel je iets influistert? Ga na waar het gevoel vandaan komt, onderzoek het en durf ernaar te handelen. Tip #12: over het volgen van gevoel: durf later bij te sturen! Zit je al ergens aangesloten, maar merk je dat dit gevoel tussentijds negatief omslaat? Onderzoek dan wederom wat het gevoel zegt en waar het vandaan komt. Ga allereerst het gesprek aan. Uit je zorgen met een open houding en vertrouw erop dat ze iets met het gesprek doen. Kan er niks veranderen, zie je dat er (ondanks de afspraken) niks gebeurt of blijft je gevoel hetzelfde? Dan mag je altijd veranderen van plek. Schreeuwt je gevoel écht dat het fout zit of is er iets gebeurd waardoor het vertrouwen beschadigd is? Dan heb je natuurlijk áltijd de vrijheid om direct van plek te wisselen. Je zal zeker niet altijd weten of je de juiste keuze maakt, maar het is wel fijn om te weten dat je die vrijheid hebt. Altijd. Ohja, hoe het met de huilende baby afliep? Zo, de tips zijn binnen. Hopelijk heb je er wat aan! Ik wens je in ieder geval heel veel plezier en geluk bij het maken van de voor jullie juiste keuze. Voordat ik de blog afsluit kom ik - zoals beloofd - nog even terug op het huilende baby tje. Ik liep dus met een verdrietig gevoel terug naar mijn werkplek. Zo’n vijf minuten later gluurde ik die kant op en zag ik dat het kindje door een andere dame uit het bedje werd gehaald. Een dame die ik ook sprak tijdens mijn korte bezoekje - en die toch maar mooi in beweging is gekomen. Hoe moeilijk ik het ook vond om uit mijn veilige modus te kruipen en die kant op te lopen, ik ben blij dat ik dit gedaan heb. Iets in mij zegt dat ik hiermee toch een zaadje heb weten te planten. En je weet ‘t: meerdere zaadjes maken een rijkelijke bloementuin. Laten we elkaar als ouders dus vooral blijven helpen - met onze intuïtie als belangrijkste drijfveer. GevoelsRijke afsluiter: jouw kind, jouw keuzes. Jouw normen en waarden, jouw richting. Durf te vertrouwen op je gevoel, maar durf ook kritisch te zijn, vragen te stellen en bij te sturen. De keuzes die jij nú maakt, zijn mede-bepalend voor hoe je kind opgroeit en volwassen wordt. Yep, it takes a village to raise a child, maar jij bepaalt wél hoe de inhoud hiervan eruitziet. Voelsprieten uit - en op onderzoek uit. Het geeft jouw kind een passende basis, en bespaart jou (op de lange termijn) een hoop spreekwoordelijke hartverzakkingen. Geen overbodige luxe, niet? ;-)
door Kimberly Roerdink 13 februari 2025
This is a subtitle for your new post